Gulliver's Reizen naar Lilliput en Brobdingnag
Реклама. ООО «ЛитРес», ИНН: 7719571260.
Оглавление
Jonathan Swift. Gulliver's Reizen naar Lilliput en Brobdingnag
Gulliver's Reizen naar Lilliput en Brobdingnag
Inhoudsopgave
De reis naar Lilliput
Eerste hoofdstuk
Tweede hoofdstuk
Derde hoofdstuk
Vierde hoofdstuk
Vijfde hoofdstuk
Zesde hoofdstuk
Zevende hoofdstuk
Achtste hoofdstuk
Tweede deel. Een reis naar Brobdingnag
Eerste hoofdstuk
Tweede hoofdstuk
Derde hoofdstuk
Vierde hoofdstuk
Vijfde hoofdstuk
Zesde hoofdstuk
Zevende hoofdstuk
Achtste hoofdstuk
Отрывок из книги
Jonathan Swift
Gepubliceerd door Good Press, 2022
.....
„CLEFSEN FRELOCK, MARSI FRELOCK”.
Toen deze inventaris den Keizer was voorgelezen, beval hij mij, ofschoon in de minzaamste termen, die verschillende voorwerpen af te geven. Eerst vroeg hij om mijn sabel, die ik voor den dag haalde met scheê en al. Ondertusschen beval hij drieduizend man keurbenden (die hem toen vergezelden), mij te omringen op een afstand, met hun pijlen en bogen, gereed om af te schieten, maar ik lette daar niet op, want mijn oogen waren alleen op den Keizer gevestigd. Hij beval mij toen de sabel te trekken, die, ofschoon zij een beetje geroest was door het zeewater, toch nog voor ’t grootste deel geweldig schitterde. Ik deed het en onmiddellijk gaven al de troepen een schreeuw evenzeer van schrik als van verrassing, want de zon scheen helder en de weerkaatsing verblindde hun oogen, toen ik de sabel heen en weer wuifde in mijn hand. Zijne Majesteit, die een uiterst moedig vorst was, was minder ontsteld dan ik verwachten kon; hij beval mij haar weer in de schede te steken en zoo zacht ik kon haar op den grond te werpen, tot ongeveer zes voet van ’t eind van mijn keten. Het volgende voorwerp dat hij vroeg was een van de holle ijzeren pilaren, waarmee hij mijn zakpistool bedoelde. Ik haalde het uit en verklaarde hem, op zijn verlangen, zoo goed ik kon, het gebruik ervan; daarna laadde ik het alleen met kruit, dat, door de dichtheid van mijn tasch, toevallig niet nat was geworden van ’t zeewater (een ongemak, waartegen alle voorzichtige zeevaarders zich met zorg voorzien), en nadat ik eerst den Keizer gewaarschuwd had niet te schrikken, schoot ik het af in de lucht. De ontsteltenis hierover was veel grooter dan die bij het zien van mijn sabel. Honderden vielen neer alsof ze waren doodgeslagen; en zelfs de Keizer, schoon hij zich goed hield, kon toch de eerste oogenblikken niet tot zichzelf komen. Ik gaf mijn beide pistolen op dezelfde wijs over als ik de sabel gedaan had, en toen kruitzak en kogels; terwijl ik verzocht dat de eerste van het vuur zou worden verwijderd gehouden, want dat hij van de kleinste vonk zou vlam vatten en het keizerlijk paleis doen in de lucht vliegen. Ik gaf ook mijn horloge af, dat de Keizer heel benieuwd was te zien, en dat hij twee van zijn grootste garde-soldaten beval aan een paal op hun schouders te dragen, zooals brouwersknechten in Engeland een vat bier doen. Hij was verbaasd over het onophoudelijk lawaai dat het maakte, en over de beweging van den minuutwijzer, dien hij gemakkelijk onderscheiden kon; want hun gezicht is veel scherper dan het onze, en vroeg de meeningen van zijn geleerden erover, die, zooals de lezer wel gelooven zal zonder dat ik ze opnoem, erg verscheiden en vaag waren; bovendien kon ik ze niet heel goed verstaan. Toen gaf ik mijn zilver- en kopergeld af; mijn beurs met negen groote stukken goud en een paar kleinere; mijn zak- en scheermes, mijn kam en zilveren snuifdoos, mijn zakdoek, en mijn dagboek. Mijn sabel, pistolen en kruitzak werden in karren naar de magazijnen van Zijne Majesteit gebracht; maar de rest van mijn goederen werd mij teruggegeven.
.....