Читать книгу Avondstonden - Hendrik Conscience - Страница 7

VOETNOTEN:

Оглавление

Inhoudsopgave

[1] Oudtijds, in plaats van gij, u en uw, schreef men in het enkelvoud du, dij, dijn. Het is te bejammeren dat deze schrijfwijze is verloren gegaan, daar wij met gij, u en uw onze denkbeelden niet juist kunnen uitdrukken. Nog dient er opgemerkt te worden, dat in den tweeden persoon enkelvoud men altijd eene s zet achter het werkwoord, zoodat men schreef du habs, du wils, voor ons hedendaags gij hebt, gij wilt.

Vele Nederduitsche schrijvers, en hieronder de opsteller dezer mijmering, hebben zich verstaan om den tweeden persoon enkelvoud langzaam in de schrifttaal herin te voeren. Onze taal zal er in zoetheid en levendigheid bij winnen, zooals men genoeg uit onderhavig stuk zelf zal kunnen opmerken.

Ziehier hoe deze woorden verbogen worden:

Avondstonden

Подняться наверх