Читать книгу Wist Ze Maar - Блейк Пирс - Страница 6
PROLOOG
ОглавлениеHij zag niemand die hem in de gaten had, terwijl hij “s nachts door de rustige buitenwijk sloop. Het was één uur in de ochtend en het was het soort buurt waar mensen op respectabele tijden naar bed gingen, een rumoerige doordeweekse avond bestond uit iets te veel glazen wijn al kijkend naar The Bachelor.
Het was het soort plek dat hij verachtte.
Ze betaalden de belastingen op tijd, ze schepten de hondenpoep in kleine plastic zakjes om hun buren niet te beledigen en hun kinderen deden vast niet enkel aan sport in de middelbare schoolcompetitie maar blonken ongetwijfeld ook uit in de landelijke privé competities. De wereld ligt aan hun voeten. Ze voelden zich veilig. Natuurlijk deden ze hun deuren op slot en zetten ze het alarm aan, maar uiteindelijk voelden ze zich veilig in hun cocon.
Daar zou nu verandering in komen.
Hij liep haar gazon op. Ze zou nu vast wel thuis zijn. Haar man was naar Dallas op zakenreis. Hij kende het raam van haar slaapkamer. En hij wist ook dat het beveiligingsalarm aan de achterkant van het huis defect raakte als het regende.
Hij bewoog langzaam en voelde de geruststelling van het mes, goed weggeborgen in zijn rug holte, tussen het elastiek van zijn boxershort en zijn spijkerbroek. Hij stopte even aan de zijkant van het huis en opende de fles water die hij bij zich droeg en hield halt aan de achterkant van de woning. Hij zag meteen het gloeiende groene lichtje van het kleine beveiligingskluisje. Hij wist dat als hij probeerde om het te beschadigen, het alarm af zou gaan. Hij wist dat als hij probeerde om een deur te openen of open te wrikken, het alarm af zou gaan.
Maar hij wist ook dat het alarm van slag raakte als het regende. Het had iets te maken met de vochtigheidsgraad, hoewel dit soort systeem voor honderd procent waterdicht zou moeten zijn. Met deze wetenschap hield hij zijn fles water op overgoot het alarm met een heleboel water.
Hij keek toe hoe het kleine groene lichtje ging flikkeren en zwakker werd.
Met een glimlach liep hij de kleine achtertuin in. Hij liep de trap van de afgeschermde achterdeur op. Het was gemakkelijk om de hordeur met het mes open te wrikken; het maakte in de stilte van de nacht heel weinig geluid.
Hij liep naar de rieten stoel die in de hoek stond, tilde het kussen op en vond de weggestopte sleutel. De sleutel gleed tussen zijn gehandschoende vingers en hij ging naar de achterdeur, schoof de sleutel in het slot, draaide het slot om en stapte naar binnen.
In de smalle gang die vertrok vanuit de keuken brandde een klein lampje. Hij liep dit gangetje in en volgde de trap naar boven.
De spanning kolkte in zijn buik. Hij raakte opgewonden - niet op een seksuele manier. Wel het opgewonden gevoel dat hij ervaarde als hij in een achtbaan zat, de spanning die hem opwond als hij omhoogging en al ratelend de grootste heuvel op de achtbaan beklom.
Hij greep het mes, dat hij nog steeds in zijn hand hield na het openbreken van de hordeur, stevig vast. Boven aan de trap nam hij even de tijd om te genieten van de opgedreven spanning. Hij ademde de netheid in van de typische eersteklas huizen in de voorsteden en het maakte hem een beetje ziek. Het was te vertrouwd, te afstandelijk.
Hij haatte ze.
Hij greep het mes vast en liep naar de slaapkamer aan het einde van de gang. Hij zag ze liggen, in bed.
Ze sliep op haar zij met de knieën lichtjes gebogen. Ze droeg een T-shirt en een atletiekshort, niets opwindend omdat haar man toch op zakenreis was.
Hij liep naar het bed en bleef een tijdje naar haar kijken terwijl ze lag te slapen. Hij mijmerde over de aard van het leven. Hoe kwetsbaar het was.
Vervolgens hief hij het mes op en bracht het bijna terloops naar beneden, alsof hij aan het schilderen was of een vlieg weg sloeg.
Ze gilde, maar slechts voor heel even - voordat hij het mes weer naar beneden bracht.