ONEIGENE .
HET SCHRIJVERKE.
(GYRINUS NATANS) .
O ’T RUISCHEN VAN HET RANKE RIET.
HET MEEZENNESTJE.
DIEN AVOND EN DIE ROOZE.
AAN EUGENE VAN OYE.
KOM E’ KEER HIER.
AAN PIETER BUSSCHAERT VAN DAMME.
GEWIJDE KLOK.
O GULDEN HOOFD.
O VECHTER .
MET KLOEKEN ARME.
SLAAPT GIJ NOG.
HOE SCHITTERT MIJ DIE SPA TOCH.
O LEYE LIEF.
HEMELLAWERKE HEET GIJ.
DE BOOMEN ZIEN ZWART.
GELUWGROENE LEGERSCHAREN.
GEKAMDE KONING CANTECLAAR.
O WILDE EN ONVERVALSCHTE PRACHT.
WAAR ZIT DIE HELDERE ZANGER.
DE NAVOND KOMT ZOO STIL.
DE VLIEGE .
WAT HANGT GIJ DAAR TE PRATEN.
ALS GE NAAR HET KOOREN LUISTERT.
DE WOLKENWEG BEDIJGT.
ANDLEIE.
’T IS STILLE .
DE RAVE .
DE TIJD .
MIJN HERT IS ALS EEN BLOMGEWAS.
WINTERMUGGEN.
WINTERNACHT .
ARM HUISGEZIN .
IRREQUIETUM ....
VELUT UMBRA .
ABEELEN .
LENTEGROEN .
VOGELZANG .
ZONNEWENDE .
BONTE ABEELEN.
DE BLEEKERSGAST.
RIJMRAM .
TWEE HORSEN .
HET KLOKGEBED .
SCHOONHEID .
DE DAKPANNEN .
TERUG .
HET GETOUWE.
WIEROOK .
O HEEMELIJKE DIEPTEN...
’T GROEIT .
NAJAARSVERWEN.
NIEMANDSVRIEND.
CASSELKOEIEN .
TRANEN .
SCHOONE NACHT.
AVONDROOD .
FIAT LUX .
DE WINDEN .
DAT WILDE IK WETEN.
SPAMAN .
HET HAZEGRAUWT.
HOE ZEERE VALLEN ZE AF.
VAN DEN OUDEN BOOM.
BLOOTAKKER .
MOEDERKEN .
PERELS .
SPREEUWEN .
WEDERWIJVEN .
EXCELSIOR .
ZEGEPRAAL .
DE DOORNENBOOM.
MIETJE .
CYTISUS LABURNUM .
BUIGEN OF BERSTEN.
DE SPERRETAKKEN.
HET GULDEN VLIES.
HEBT MEÊLIJEN .
DE DAGERAAD.
NEVELDUISTERNIS.
WINDTOCHT .
AKSTERNESTEN.
CINXEN .
OCH WARE IK...
AAN DEN LINDEBOOM.
EGO FLOS ...
(Cant. II: 1) .