Читать книгу Genealogie der familie Franssen te Tegelen, van 1651 tot heden - Matthias Hubertus Henricus Michels - Страница 4
De Familie Franssen
te
Steyl, Tegelen, Sempst, Schiefbahn, Xanten, enz.
ОглавлениеDeze is een der oudste geslachten van Tegelen; zij was door huwelijken verwant aan verschillende voorname familiën der omliggende plaatsen.
De gegevens zijn geput uit een aanzienlijk familiearchief en uit de kerkelijke doop- trouw- en sterfregisters van Tegelen, Venlo, Sempst, enz.
De eigendommen der eens zoo rijke familie Franssen waren talrijk, doch zijn langzamerhand door tegenspoeden en allerlei ongelukken, door plunderingen en schattingen in oorlogstijd, en door groote nakomelingschap zeer verminderd.
Zij splitste zich in twee hoofdtakken, waarvan eene te Tegelen en de andere te Steyl in het oude stamhuis gevestigd was. De eersten waren gedurende vele jaren Keizerlijke Duitsche postmeesters en woonden in het oude Posthuis, gelegen in het midden van het dorp, dat later door erfschap aan de familie Moubis overging, met twintig morgen land daartoe behoorende; de tweede waren grondeigenaren en dreven handel in koloniale waren en andere artikelen.
De geheele familie onderscheidde zich door eenen levendigen godsdienstzin; nooit is één het geloof ontrouw geworden en slechts éenmaal wordt een gemengd huwelijk aangetroffen. Zij bracht eenige priesters voort, waaronder drie missionarissen en een pater Lazarist, benevens twee kloosterzusters.
De oudste bekende stamvader dezer familie was Willem Franssen, schepen van Tegelen, eigenaar van het Geldersch leen in der Munte (of Bongartshof) en van de halve tiende aldaar. Van zijne ouders weten wij niets. (Zie bijlage A.)
Volgens de bescheiden zou hij rentmeester zijn geweest van den Hertog van Gelder, wonende eerst te Geldern, later te Maasbree op een kasteel in de Veestraat, waar meer adellijke huizen zouden gelegen hebben. Wij konden in het werk van den ouden Limburgschen historicus, den eerw. heer Joannes van Knippenbergh, pastoor der heerlijkheid Helden (Historia Eccl. Duc. Gelr.) dienaangaande niets vinden. Die bescheiden zeggen dat de familie oorspronkelijk van Geldern afstamt; heden wonen er nog van dien naam.
Willem heeft vele goederen bezeten, waaronder kasteelen, als bovenstaand te Maasbree door hem bewoond; een te Kessel gelegen tusschen het huis Oeyen en de bouwhoeve de Boschakker dicht bij de Maas, ter plaatse heden nog genoemd het Kasteel, hetwelk tot in 1857 aan de familie Franssen te Schiefbahn behoorde; de Munt te Tegelen en het huis Steyl te Steyl, waar hij zich later vestigde. Jammer genoeg zijn tijdens de Fransche revolutie, op bevel van den postmeester Willem Franssen, al de oude familiedocumenten—naar men zegt een geheele bakoven vol—door zijn zoon in het Posthuis te Tegelen verbrand moeten worden.
Lang heeft men getwijfeld of de familie van Steyl, waarvan later leden te Xanten woonden, verwant was met de familie te Tegelen, waarvan naderhand ook leden te Schiefbahn worden aangetroffen. Door eene deelingsakte van 7 April 1768 tusschen de gebroeders Willem en Henri is bewezen, dat beiden den rentmeester Willem tot grootvader hadden. (Zie bijlage B en stamboomen Op Muysemeulen en Van Daers.)
Hij huwde, tijdens pastoor Saeren, te Tegelen 14 Februari 1651 met Wendelina Cürnzich. (Getuigen waren Mettel (Mechthilda) Saeren en Jan in de Pas.)
I. Willem had eene zuster Caecilia, die den 26. November 1684 te Tegelen huwde met Michael van den Schaffelt of Schaffers, familie thans nog in de vrouwelijke linie te Venlo aanwezig. (Getuigen hierbij waren Franciscus Heldens en Godefridus Franssen.) Deze Caecilia stierf den 19. Januari 1694 en haar echtgenoot Michael den 14. Mei 1707, beiden te Venlo. Uit dit huwelijk werden 5 kinderen geboren.
Willem overleed te Steyl 3 December 1686 en zijne echtgenoote Wendelina 26 October 1693, ook aldaar.
Uit dit huwelijk sproten 13 kinderen:
II. 1. Anna Franssen geboren te Steyl 18 December 1651. (Doopgetuigen waren Cranenveld uit Venlo en Neeske van Dulcken.) Zij huwde te Tegelen 17 October 1670 met Joannes Cruysbergh, van het huis Cruysbergh te Beesel, thans bewoond door mevrouw Janssen, weduwe van den burgemeester Janssen. (Getuigen waren Gerardus Cruysbergh en Mechtel Nyen.) Anna overleed te Tegelen 24 Februari 1724.
Deze echt werd gezegend met vele kinderen, waar van het jongste, III. Nicolaus Cruysbergh, later wegens oneenigheid aan huis naar West-Indië vertrok; hij werd Gouverneur van Paramaribo, vergaarde er als planter groote schatten en stierf op de terugreis. Zijn vermogen (13 tonnen gouds, behalve zijne plantages) is nog bij de Rekenkamer te Amsterdam. Omstreeks 1830 werd het den mannelijken afstammelingen te Beesel en te Tegelen (alwaar er nog wonen) aangeboden, maar werd geweigerd omdat bij de doopakte te Beesel de namen der ouders niet vermeld zijn. (Zie stamboom Cruysbergh.)
Eene dochter III. Elisabeth Cruysbergh huwde met Jacobus Litjens, stamvader dier familie, waarvan de tegenwoordige pastoor van Neer, vroeger kapelaan te Venlo, herkomstig is.
Eene kleindochter IV. Anna Sophia Cruysbergh trouwde te Straelen 15 November 1768 met Arnoldus Graven, burgemeester van Venlo. De afstammelingen van Graven hebben recht op de studiebeurs van Henricus Gansmald, in leven pastoor te Wanckum, aldaar overleden 3 Februari 1638. (Zie stamboom Gansmald.)
II. 2. Michael Franssen geboren te Steyl 16 Juni 1653. (Doopgetuigen waren Peter Gostses in naam van Godfried Verhorst en Nees der Veerstraat, de vrouw van Jost op den Steyl.)
II. 3. Michael Franssen geboren te Steyl 17 April 1655. (Doopgetuigen waren Henricus van Velden en Peterke Janssen.) Hij trad in den echt te Sempst, België, 2 Maart 1683 met Antonia de la Rue, andermaal met Johanna Leemans 25 October 1695, en overleed aldaar 9 September 1703. Zijne echtgenoote Antonia stierf 28 December 1694, beiden zijn in de kerk aldaar begraven. De tweede echtgenoote Johanna overleed 27 Augustus 1734 (1754?).
Uit het eerste huwelijk zijn 6 kinderen geboren:
III. a. Henricus Franssen geboren te Sempst 9 Februari 1684.
III. b. Guillielmus Franssen geboren te Sempst 12 Augustus 1685.
III. c. Francisca Barbara Franssen geboren te Sempst 15 Januari 1687.
III. d. Nicolaus Franssen geboren te Sempst 5 Juli 1690.
III. e. Margaretha Franssen geboren te Sempst 8 Mei 1693, overleden aldaar 8 September 1693.
III. f. Laurentius Henricus Franssen geboren te Sempst 20 December 1694, gestorven in 1756 te Yperen als kanunnik van St. Martinus.
Uit het tweede huwelijk sproten 2 kinderen:
III. g. Anna Maria Franssen geboren te Sempst 21 April 1697, trouwde met Martinus de Groef, waarvan 3 kinderen:
IV. ..... de Groef minderbroeder.
IV. ..... de Groef priester.
IV. August de Groef.
III. h. Barbara Franssen geboren te Sempst 29 Maart 1699.
Voogd der kinderen uit het eerste huwelijk was Godfried (Geurt) Franssen, wiens broeder Michael Franssen, die bij deeling der erfgoederen zijner ouders voor de helft eigenaar is geworden van het leen in der Munte en der halve tiende aldaar; de andere helft viel ten deel aan hun zuster Maria Franssen gehuwd met Joannes a Thoer (von Thoer) uit Mulbracht (Bracht).
Het huis in der Munte werd den 30. Januari 1696 verkocht wegens de onmondige kinderen van Michael Franssen, koopman te Sempst, aan Joannes Borz, postmeester te Roermond. (Zie bijlage A.)
II. 4. Franciscus Franssen geboren te Steyl 6 Mei 1657. (Doopgetuigen waren Jan in gen Rydt in naam van Joannes Haffer te Lom, en Antonetta van Beringen.)
II. 5. Godefridus Franssen geboren te Steyl 4 April 1659. (Doopgetuigen waren Peter Houzer te Bracht en Trieneke Trynesen.) Hij huwde 1 Februari 1687 te Venlo met Agatha Raeymaeckers gedoopt te Venlo 11 December 1662. Zij stichtte eene rente van 5 gulden voor wijn, brood en was, ten dienste der kapel te Steyl en overleed aldaar 3 Augustus 1702. (Getuigen bij voornoemd huwelijk waren Michael van den Schaffelt en Agatha van Stockum.) (Zie stamboom Raeymaeckers.)
Ten tweeden male trouwde hij te Tegelen 19 April 1703 met Agatha van Stockum gedoopt te Venlo 13 November 1659 (Zie stamboom Van Stockum.) en overleed te Steyl 20 Maart 1739. (Getuigen bij deze echtverbintenis waren Joannes a Thör, Henricus Vervoort en Petrus Elters.)
Hij overleed te Steyl 20 April 1727 en was schepen van Tegelen.
II. 6. Caecilia Franssen geboren te Steyl 6 October 1660. (Doopgetuigen waren Godefridus Cürnzich junior en Elisabeth Franssen.)
II. 7. Franciscus Franssen geboren te Steyl 13 Februari 1662. (Doopgetuigen waren Godfried in de Middel en An op den Steyl.)
II. 8. Franciscus Franssen geboren te Steyl 29 Juli 1663. (Doopgetuigen waren Jacobus Ronck en Jenneke Franssen.) Hij overleed aldaar 2 Februari 1666.
II. 9. Maria Franssen geboren te Steyl 10 December 1665. (Doopgetuigen waren Joannes Schaeders en Tryn Engelen.) Zij huwde te Tegelen 8 October 1694 met Joannes a Thoer uit Bracht. (Getuigen waren de eerw. heer Henricus a Thoer pastoor te Bracht, Arnoldus Leenen en Elisabeth Ronck.)
Maria eigenares geworden van de Munt, had zich vroeger aldaar gevestigd. In hare trouwakte staat als echtgenoot Joannes a Thoer uit Bracht en Maria Franssen op de Munt alhier (Tegelen).
Uit dit huwelijk waren 5 kinderen:
III. a. Agnes a Thoer op de Munt geboren 1 Maart 1696. Toen is de Munt verkocht en het huisgezin naar Bracht vertrokken, waar deze stam nog voortleeft. (Zie stamboom a Thoer.) Agnes huwde met Lambert Further.
III. b. Wilhelm a Thoer werd priester, later missionaris in Holland en pastoor in partibus infidelium te Werckhoven en Cothen bij Utrecht, overleed te Bracht in den nacht van 27 op 28 Januari 1780 en had bij testament van 7 December 1773 eene beurs gesticht voor eene wekelijksche h. mis, of om te gebruiken voor studie, of voor wijdingstitel, of om eene jongedochter uit de familie in de eene of andere wetenschap, langstens vier jaren, te laten onderrichten.
III. c. Matthias a Thoer die in het huwelijk trad en 4 kinderen naliet.
III. d. Wendelina a Thoer bleef ongehuwd.
III. e. Franciscus Leonardus a Thoer werd priester, was in 1732 kapelaan te Belfeld.
II. 10. Jacobus Franciscus Franssen geboren te Steyl 29 Juni 1668. (Doopgetuigen waren Thoenis Linssen en Anneke Duickers.)
II. 11. Agnes Franssen geboren te Steyl 8 Januari 1671. (Doopgetuigen waren de heer Wolter van Ryndyck en Anneke Gisberts.)
II. 12. Jacobus Franssen geboren te Steyl Mei 1673. (Doopgetuige was de edele heer Van Stockum.)
II. 13. Gertruda Franssen geboren te Steyl 16 November 1682. (Doopgetuigen waren Jelis Kerstjens en Neel op gen Steyl.)
Uit het huwelijk van II. 5. Godefridus Franssen met zijne eerste echtgenoote Agatha Raeymaeckers werden 10 kinderen geboren:
III. 14. Gertruda Franssen geboren te Steyl 11 November 1687. (Doopgetuigen waren Matthias Clucker, in wiens plaats fungeerde Jacobus Ronck, en Wendelina Cürnzich.) Zij huwde 5 Mei 1705 te Tegelen met Matthias Deckers uit Arcen (Getuigen waren de eerw. heer Deckers en Matthias Hinssen.), stierf in het kraambed te Arcen den 11. Februari 1714.
Uit dezen echt volgden 5 kinderen waarvan drie jeugdig overleden; de twee anderen waren Christiaan en Willem Deckers; de eerste werd kanunnik en deken te Emmerich. (Zie stamboom Deckers.)
III. 15. Gisbertus Franssen geboren te Steyl 8 Januari 1690. (Doopgetuigen waren Joannes Cruysbergh en Catharina op Muysemeulen, de echtgenoote van Henricus van Stockum te Venlo.) Hij werd priester en vicaris van het altaar St. Catharina te Breyell, waarschijnlijk in 1720; althans den 4. Maart 1720 leenden zijne ouders van hunnen zwager Matthias Clucker 80 patacons ten behoeve van hunnen heerzoon Gisbertus. (Zie bijlage C en stamboom Clucker.) Deze vertrok in 1722 als missionaris naar Holland, werd pastoor in partibus infidelium te Oma, d. i. Hoogmade bij Leiden, alwaar hij 11 Juli 1726 overleed.
III. 16. Lucia Franssen geboren te Steyl 27 Augustus 1691. (Doopgetuigen waren Jacques Ronck en Elisabeth Franssen.) Zij overleed aldaar 13 April 1692.
III. 17. Lucia Franssen geboren te Steyl 26 September 1692. (Doopgetuigen waren Michael van den Schaffelt, in wiens plaats fungeerde Joannes op Heys, en Helena Raeymaeckers.) Zij stierf op jeugdigen leeftijd.
III. 18. Willem Franssen geboren te Steyl 16 October 1693. (Doopgetuigen waren Michael Franssen en Catharina Cuypers, echtgenoote van Matthias op Muysemeulen, in wier plaats fungeerde Joannes Schrijven en Catharina van Aerssen.) Hij overleed aldaar 22 Maart 1694.
III. 19. Wendelina Franssen geboren te Steyl 15 Februari 1695. (Doopgetuigen waren Joannes a Thoer en Anna Catharina Ottdam, tweede echtgenoote van Michael van den Schaffelt te Venlo.) Zij trad in het huwelijk 28 November 1719 te Tegelen met Jacobus Canoy, schepen aldaar, wiens ouders vluchtten uit Venlo naar Kenzingen, bij Marsburg in Baden. Waarschijnlijk is deze Jacobus aldaar geboren, hij was een afstammeling van Bartholomeus Cano, Spaansch ridder, die met den Hertog van Alva naar de Nederlanden kwam, was in 1567 advocaat der Spaansche schatkist te ʼs-Gravenhage en werd in 1570 wegens zijn katholiek geloof vergiftigd. (Bij dit huwelijk waren getuigen Willem en Hendrik Franssen, Beatrix Ronck en Margaretha Canoy.) Wendelina overleed 14 April 1759 en haar echtgenoot 7 Juli 1752, beiden te Steyl.
Uit dit huwelijk werden 14 kinderen geboren. (Zie stamboom Canoy.) Deze stichtten voor de zielerust hunner ouders twee jaargetijden, voor hun vader op 12 Juli en voor hunne moeder op 1 November te houden in de parochiekerk van St. Martinus te Tegelen.
III. 20. Willem Franssen geboren te Steyl 4 Augustus 1696. (Doopgetuigen waren Godefridus van Aerssen en Johanna Leemans.) Hij overleed aldaar in hetzelfde jaar.
III. 21. Wilem Franssen geboren te Steyl 22 Februari 1698. (Doopgetuigen waren Franciscus Douven uit Baarlo en Anna Franssen.) Hij huwde te Tegelen 26 November 1733 met Beatrix Ronck (Getuigen waren Henricus Ronck voor Joannes Clucker en Agatha Canoy.), die 4 Augustus 1700 te Steyl geboren werd (Zie stamboom Ronck.) en dochter was van Caspar Ronck en Anna Keuth. (Zie stamboom Keuth.)
Willem was postmeester te Tegelen (Zie bijlage D.) en overleed den 9. Juni 1773; zijne echtgenoote den 20. Augustus 1739, beiden te Tegelen.
Afstammelingen dezer echtelieden hebben recht op het beneficie Keuth te Viersen. (Zie bijlage E.)
III. 22. Lucia Franssen geboren te Steyl 20 Augustus 1699. (Doopgetuigen waren Nicolaus van Stockum en Maria Franssen.)
III. 23. Henricus Franssen geboren te Steyl 9 Juni 1702. (Doopgetuigen waren Jacobus Litjens en Agatha van Stockum.) Hij was schepen van Tegelen en huwde 31 Augustus 1727 met Anna Margaretha Schaepkens (Schöpkens) uit Brüggen, Rijnland (Zie stamboom Schaepkens.), in tegenwoordigheid van eene groote schare volks. (Getuigen waren Willem Franssen en Agatha Deckers.) In het huwelijksregister te Tegelen staat: Praesente junumerabili populo et specialiter. Hij overleed 30 October 1772 en zijne echtgenoote 4 Juli 1783, beiden te Steyl.
De kinderen stichtten voor hunne ouders een jaargetijde in de parochiekerk van St. Martinus te Tegelen, telken jare te houden op den 4. Juli.