Читать книгу Nederlandsch handboek voor roeisport - Frans Eduard Pels Rijcken - Страница 3

VOORREDE.

Оглавление

Inhoudsopgave

Hoezeer wij volkomen bewust waren van het gewicht der taak die wij op onze schouders laadden, toen wij het voornemen opvatten eene handleiding voor Roeisport te geven, en dus eenigen schroom gevoelden, vóórdat wij den arbeid aanvingen, zoo heeft toch de liefde voor den Roeisport dusdanig bij ons overgewogen, dat wij ons over dien schroom hebben kunnen heenzetten.

De Engelschen toch hebben hun Bradford Woodgate, de Franschen bezigen hiervan eene vertaling, in Duitschland verscheen onlangs een nieuwe druk van Silberer's „Handbuch des Rudersport,“ doch de nederlandsche roeiers moesten zich met een dier buitenlandsche werkjes behelpen.

Wij weten zelven te goed, dat het boekje, dat wij hierbij aan de nederlandsche roeiers aanbieden, verre van volledig is en vele gebreken heeft, dan dat wij ons zouden inbeelden daardoor de zoo lang gevoelde leemte op voldoende wijze aan te vullen. Maar wij gelooven, dat ook in deze zaak veel op het doel moet worden gelet.

Immers met eene vertaling van een der vreemde handboeken zouden onze roeiers al zeer weinig gebaat zijn. Er moet rekening worden gehouden met toestanden en gewoonten, die bij ons anders zijn dan in den vreemde.

Daarom hebben wij den eersten stap gedaan om, uit eigen ervaring puttend, eene nederlandsche handleiding samen te stellen.

Het is natuurlijk, dat wij ons daarbij meermalen tot buitenlandsche schrijvers hebben gewend, en daaraan vele bizonderheden ontleend.

Evenmin zal men ons het recht ontzeggen om dáár, waar wij eene andere meening dan de hunne waren toegedaan, onze eigenen weg te bewandelen. Wij hebben steeds onze opinie, waar deze van die anderen verschilt, uitvoerig verdedigd, zoodat de lezer, na beide zijden gehoord te hebben, zijne keuze kan vestigen.

Op verschillende plaatsen, maar voornamelijk waar gehandeld wordt over de boot en hare onderdeelen, hebben wij de engelsche, fransche en duitsche benamingen, voorzoover wij ze konden te weten komen, gevoegd achter de nederlandsche, daar het ons voorkwam, dat deze opgave van eenig nut kan zijn bij de correspondentie met engelsche, fransche en duitsche bootbouwers.

Overigens hebben wij naar aanleiding van de volgende bladzijden weinig meer te zeggen. Al roept de lezer, na de vrucht onzer overpeinzingen te hebben doorloopen, nog niet uit: „la vie sans canotage est une absurdité,“ zoo hopen wij toch door onzen arbeid iets te mogen bijdragen tot het opwekken van de liefde voor den edelen roeisport in ons dierbaar vaderland!


Nederlandsch handboek voor roeisport

Подняться наверх