Читать книгу Gezondheid uit de apotheek van God - Maria Treben - Страница 14
ОглавлениеGele dovenetel
(Lamium galeobdolon)
Deze plant groeit in vochtige bossen, langs sloten, onder struikgewas, aan hagen en kanten, op stortplaatsen en schaduwrijke plaatsen, overal waar ook de brandnetel groeit. Hij bloeit in april en mei en in het gebergte ook later. Uit de overblijvende wortel schieten stengels op van maximaal 50 cm. hoogte, met kruisgewijs tegenover elkaar staande, eivormige, ingekerfde bladeren. De bloesems staan in trosjes in de oksels van de bladeren.
De witte dovenetel vindt men als onkruid op de wegen, op stortplaatsen en bermen. Thee van witte dovenetel helpt bij kwalen in de onderbuik en men-struatiemoeilijkheden, indien men er overdag twee kopjes van drinkt. Hij werkt ook bloedzuiverend, helpt tegen slapeloosheid, door zenuwachtigheid veroorzaakt, en is een probaat middel tegen alle mogelijke vrouwenziektes. Vrouwen die met moeilijkheden in hun onderbuik sukkelen en ook jonge meisjes zullen deze thee zeer kunnen waarderen.
Bloesems en bladeren van de gele dovenetel worden voor dezelfde ziektes gebruikt; vooral slechte urinelozing, brandend gevoel en moeilijkheden bij het urineren, zware nierziektes en waterdrang naar het hart. De bloemen worden gebruikt bij stoornissen in de spijsvertering bij scrofulose en huiduitslag. Men drinkt daartegen een beker thee in de voormiddag. Omslagen van deze thee helpen bij zweren en spataderen.
De gele dovenetel mag bij verlamming van de blaas bij oudere mensen aanbevolen worden, en verder ook nog bij blaasontsteking en nierontsteking. Een zitbad met een aftreksel van de gele dovenetel toegevoegd, is bijzonder aangenaam.
Bij ongeneeselijke nierverschrompeling en nierspoeling en ook bij aansluiting op een kunstnier levert gele dovenetel, in gelijke delen met kleefkruid (walstro) en guldenroede vermengd, goede resultaten.
GEBRUIKSAANWIJZING
THEE: 1 overvolle theelepel kruid op ¼ l. water, opgieten en kort laten trekken.
OMSLAGEN: 3 opgehoopte theelepels kruid op ½ l. water, opgieten en kort laten trekken. Met het aftreksel doeken bevochtigen en warme omslagen geven.
ZITBADTOEVOEGSEL: Zie: Algemene Richtlijnen: Zitbaden (de gehele plant gebruiken).
MENGTHEE: Gele dovenetel, kleefkruid, en guldenroede in gelijke delen mengen, 1 overvolle theelepel kruiden op ¼ l. water. Opgieten.