Читать книгу De perfecte wijk - Блейк Пирс - Страница 12
HOOFDSTUK ZES
ОглавлениеDe club was luid en duister en Jessie had het gevoel dat ze snel hoofdpijn zou krijgen.
Toen ze zich samen met Lacy aan het klaarmaken was, leek het allemaal veelbelovend. Het enthousiasme van haar huisgenote werkte aanstekelijk en terwijl ze hun jurken aantrokken en hun haar deden, begon Jessie bijna uit te kijken naar de avond.
Toen ze de flat verlieten, vond ze zelfs dat Lacy een beetje gelijk had toen ze zei dat Jessie er “sexy” uitzag. Ze droeg een rode rok met een hoge split, de rok die ze nooit had kunnen dragen tijdens haar korte, maar tumultueuze verblijf in Orange County. Ze droeg een zwart topje zonder mouwen dat de spieren accentueerde die ze gekregen had door de fysiotherapie.
Ze had het zelfs gewaagd om een paar zwarte pumps met hielen van zeven centimeter aan te trekken zodat ze meer dan een meter tachtig werd en samen met Lacy bij de club van amazones kon. Eerst had ze haar bruine haar omhoog gestoken, maar haar huisgenote en mode impresario had haar overtuigd dat ze haar haar los moest laten, zodat het over haar schouders en rug zou vallen. Toen ze in de spiegel keek, vond ze dat het niet helemaal belachelijk was dat Lacy zei dat ze op modellen leken die een avondje stappen gingen in een minder chique buurt.
Maar een uur later was haar humeur helemaal gekanteld. Lacy amuseerde zich. Ze flirtte speels met de mannen waarin ze toch niet geïnteresseerd was en ze flirtte in alle ernst met de meisjes die haar wel interesseerden. Jessie praatte ondertussen met de barkeeper. Die was duidelijk goed getraind om meisjes te entertainen die de scene niet gewend waren.
Ze wist niet wanneer ze zo saai geworden was. Het was zo dat ze al bijna tien jaar niet meer single geweest was. Maar ze was samen met Kyle vaak naar precies dit soort van clubs geweest toen ze hier nog woonden, voor ze naar Westport Beach verhuisd waren. Ze had zich nooit als een vreemde gevoeld.
Ze vond het zelfs leuk vroeger om de nieuwe clubs, bars en restaurants uit te proberen in Dowtown L.A. – DTLA voor de “locals” – het leek wel of er elke week iets nieuws openging. Met zijn tweeën liepen ze door de deur en namen ze de plek in beslag. Ze probeerden het meest onconventionele item op de menukaart en dansten knullig in het midden van de club zonder de vreemde blikken van de andere mensen op te merken. Ze miste Kyle niet, maar ze moest toegeven dat ze het leven miste dat ze hadden voor alles fout liep.
Een jonge kerel, waarschijnlijk niet veel ouder dan vijfentwintig, kwam dichterbij en nam plaats op de lege barkruk links van haar. Ze bekeek hem van top tot teen in de spiegel van de bar en probeerde ongemerkt een beeld van hem te maken.
Dat was deel van een privé-spelletje dat ze graag met zichzelf speelde. Informeel noemde ze het “mensen voorspellen.” Ze probeerde zoveel mogelijk over het leven van een persoon te raden, enkel op basis van zijn of haar uiterlijk, lichaamstaal en de manier waarop hij of zij sprak. Terwijl ze de kerel heimelijk van opzij bekeek, was ze blij te beseffen dat het spelletje nu ook professionele voordelen had. Ze was nu immers een tijdelijke, juniorprofiler. Dit was veldwerk.
De kerel was matig aantrekkelijk, met slordig, donkerblond haar dat over de rechterzijde van zijn voorhoofd viel. Hij had een kleurtje, maar niet alsof hij aan het strand had gelegen. Daarvoor was het te effen en perfect. Ze vermoedde dat hij regelmatig naar de zonnestudio ging. Hij was fit, maar zag er bijna onnatuurlijk mager uit, als een wolf die al een tijdje niets meer gegeten had.
Hij kwam duidelijk net van het werk, want hij droeg het “uniform” nog: een pak, glanzende schoenen en een das die een beetje losgemaakt was om te tonen dat hij aan het ontspannen was. Het was bijna 22:00 en als hij nog maar net gestopt was met werken, betekende dat dat hij een baan had waarbij je vele uren moest werken. Misschien financiën, maar dat betekende meestal vroeg opstaan in plaats van late avonden.
Het was waarschijnlijker dat hij een advocaat was. Niet voor de overheid, maar misschien een assistent in zijn eerste jaar bij een of ander chique advocatenkantoor in een hoogbouw vlakbij waar ze hem hard lieten werken. Hij verdiende goed, dat zag je aan zijn maatpak. Maar hij had niet veel tijd om zijn geld uit te geven.
Hij leek na te denken over wat hij tegen haar zou zeggen. Hij kon haar geen drankje aanbieden, want ze had er al een en dat was nog half vol. Jessie besloot hem te helpen.
“Welk kantoor?” vroeg ze en ze draaide zich naar hem toe.
“Wat?”
“Voor welk advocatenkantoor werk je?” herhaalde ze en ze moest bijna roepen om gehoord te worden boven de bonkende muziek.
“Benson & Aguirre,” antwoordde hij in een accent van de Oostkust dat ze niet helemaal kon thuisbrengen. “Hoe wist je dat ik een advocaat was?”
“Gewoon gegokt. Je ziet eruit alsof ze je daar hard doen werken. Ben je net gestopt met werken?”
“Ongeveer een half uur geleden,” zei hij en zijn stem verried dat hij eerder afkomstig was van een van de Midden-Atlantische Staten dan van New York. “Ik was me al drie uur lang aan het verheugen op een drankje. Ik heb echt zin in een Water Ice, maar dit is ook goed.”
Hij nam een slok van zijn flesje bier.
“Wat vind je van L.A. als je vergelijkt met Philadelphia?” vroeg Jessie. “Ik weet dat je hier nog maar zes maanden bent, maar lukt het een beetje om je aan te passen?”
“Jezus, in godsnaam. Ben jij een privédetective of zo? Hoe weet je dat ik van Philly kom en dat ik pas in augustus hierheen verhuisd ben?”
“Het is een talent dat ik heb. Ik heet Jessie, trouwens,” zei ze en ze reikte hem haar hand.
“Doyle,” zei hij en hij schudde haar hand. “Ga je me uitleggen hoe je dat trucje gedaan hebt? Want ik flip een beetje.”
“Ik wil het mysterie niet verpesten. Mysteries zijn erg belangrijk. Laat me nog een vraag stellen, enkel om het beeld te vervolledigen. Studeerde je rechten in Temple of Villanova?”
Hij keek haar aan met een open mond. Nadat hij enkele keren geknipperd had, ging hij verder.
“Hoe weet je dat ik niet op Penn gestudeerd heb?” vroeg hij en hij deed of hij beledigd was.
“Nee, jij hebt geen Water Ice besteld in Penn. Temple of Villanova?”
“Nova is de beste, schatje!” riep hij. “Go Wildcats!”
Jessie knikte waarderend.
“Ik ben zelf een Trojan-meisje,” zei ze.
“O Jezus. Ging je naar USC? Hoorde je het nieuws over die kerel, Lionel Little? Hij was vroeger een basketbalspeler daar. Hij werd vandaag vermoord.”
“Heb ik gehoord,” zei Jessie. “Droef verhaal.”
“Ik heb gehoord dat hij vermoord werd voor zijn schoenen,” zei Doyle en hij schudde zijn hoofd. “Kan je dat geloven?”
“Je moet op die van jou letten, Doyle. Die zien er ook niet goedkoop uit.”
Doyle keek naar beneden, boog zich toen naar haar toe en fluisterde in haar oor, “Achthonderd dollar.”
Jessie floot alsof ze helemaal onder de indruk was. Haar interesse in Doyle was op een snel tempo aan het minderen. Zijn jeugdige uitbundigheid werd stilaan overschaduwd door zijn jeugdige zelfgenoegzaamheid.
“En wat is jouw verhaal?” vroeg hij.
“Wil je niet proberen om te raden?”
“Ach man, daar ben ik niet zo goed in.”
“Probeer maar, Doyle,” overhaalde ze hem. “Misschien verras je jezelf. Moet een advocaat bovendien niet opmerkzaam zijn?”
“Dat is waar. Oké, ik zal het proberen. Ik denk dat je een actrice bent. Je bent er in ieder geval mooi genoeg voor. Maar DTLA is niet echt de buurt voor actrices. Dat is eerder Hollywood. Ben je een model? Dat zou kunnen. Maar je lijkt me te intelligent om dat als carrière te hebben. Misschien deed je modellenwerk als tiener en doe je nu iets professioneel. O, ik weet het, je werkt in public relations. Daarom kan je mensen zo goed lezen. Heb ik het geraden? Ik weet dat ik juist ben.”
“Heel dichtbij, Doyle. Maar niet helemaal.”
“Wat doe je dan?” vroeg hij.
“Ik ben een profiler bij de LAPD.”
Het was prettig om het hardop te zeggen, vooral omdat zijn ogen steeds groter werden.
“Zoals in die serie Mindhunter?”
“Ja, zoiets. Ik help de politie in de hoofden van misdadigers te kijken zodat de kans dat ze de dader vinden groter wordt.”
“Wow. Dus je jaagt op seriemoordenaars en zo?”
“Al eventjes nu,” zei ze en ze vermeldde niet dat ze op een enkele seriemoordenaar joeg en dat dat eigenlijk niets te maken had met haar baan.
“Dat is geweldig. Wat een coole baan.”
“Dank je,” zei Jessie en ze had het gevoel dat hij eindelijk de moed had bijeengeraapt om de vraag te stellen die hij al een tijdje wilde stellen.
“Hoe zit het met jou? Ben je single?”
“Gescheiden.”
“Echt?” zei hij. “Je ziet er te jong uit om al gescheiden te zijn.”
“Vind ik ook. Ongebruikelijke omstandigheden. Het werkte niet.”
“Ik wil niet onbeleefd zijn, maar mag ik vragen wat zo ongebruikelijk was? Ik bedoel, je ziet er leuk uit. Ben je een psychopaat of zoiets?”
Jessie wist dat hij het niet kwaad bedoeld had. Hij was werkelijk geïnteresseerd in het antwoord en in haar, maar hij had een er een zootje van gemaakt. Toch merkte ze dat het laatste stukje interesse dat ze nog voor Doyle had op dat moment wegvloeide. En op hetzelfde ogenblik staken het gewicht van de dag en het ongemak van haar hoge hakken de kop op. Ze besloot de avond af te sluiten met een knal.
“Ik zou mezelf geen psychopaat noemen, Doyle. Ik ben duidelijk beschadigd, want ik word bijna elke nacht gillend wakker. Maar psychopaat? Zo zou ik het niet noemen. We zijn vooral gescheiden omdat mijn echtgenoot een sociopaat was die een vrouw vermoord heeft waarmee hij een affaire had en omdat hij die moord in mijn schoenen wilde schuiven en omdat hij uiteindelijk geprobeerd heeft om mijzelf en twee van onze buren te vermoorden. Hij ging echt op in dat ’tot de dood ons scheidt’ ding.”
Doyle keek haar aan en zijn mond stond zover open dat hij vliegen kon vangen. Ze wachtte tot hij zich herpakte. Ze was nieuwsgierig om te zien hoe soepel zijn poging zou zijn om te ontsnappen. Die bleek niet erg soepel te zijn.
“O, dat is echt jammer. Ik zou je er meer over vragen, maar ik herinner me net dat ik morgen een vroeg getuigenverhoor heb. Ik zou beter naar huis gaan. Misschien tot later.”
Hij had zijn kruk verlaten en was al halverwege naar de deur gelopen voor ze zelfs nog maar “Dag Doyle” kon zeggen.
*
Jessica Thurman trok de deken omhoog om haar half bevroren kleine lijfje te bedekken. Ze was nu drie dagen alleen in de hut met haar dode moeder. Ze ijlde door gebrek aan water, warmte en menselijk contact en soms dacht ze dat haar moeder met haar praatte hoewel het lichaam van haar moeder onderuitgezakt was, zonder beweging, haar armen omhoog gehouden door de ketens die aan de houten balken in het plafond bevestigd waren.
Opeens hoorde ze geklop op de deur. Iemand was bij de hut. Het kon haar vader niet zijn. Hij had geen reden om op de deur te kloppen. Hij ging overal binnen wanneer hij dat wilde.
Het kloppen begon weer, maar deze keer klonk het anders. Er kwam een rinkelend geluid bij. Maar dat kon niet. De hut had geen deurbel. Deze keer hoorde ze enkel het rinkelen en het kloppen was verdwenen.
Opeens opende Jessie haar ogen. Ze lag in bed en nam even de tijd zodat haar hersenen konden verwerken dat het rinkelen dat ze hoorde van haar telefoon kwam. Ze leunde zijwaarts om haar telefoon te pakken en merkte op dat hoewel haar hart hevig sloeg en haar ademhaling oppervlakkig was, ze niet zo bezweet was als gewoonlijk na een nachtmerrie.
Het was rechercheur Ryan Hernandez. Terwijl ze het telefoontje beantwoordde, keek ze hoe laat het was: 2:13.
“Hallo,” zei ze en haar stem klonk amper slaperig.
“Jessie. Je spreekt met Ryan Hernandez. Sorry dat ik je op dit tijdstip bel, maar ik kreeg een oproep om een verdacht overlijden te onderzoeken in Hancock Park. Garland Moses doet geen oproepen meer midden in de nacht en alle andere profilers zijn al ergens mee bezig. Zie jij het zitten?”
“Natuurlijk,” antwoordde Jessie.
“Kan je er binnen dertig minuten zijn als ik je het adres doorstuur?” vroeg hij.
“Ik kan er binnen vijftien minuten zijn.”