Читать книгу Heldensagen en Legenden van de Serviërs - Woislav M. Petrovitch - Страница 33

De verbreiding van het Christendom.

Оглавление

Inhoudsopgave

Toen de heidensche Slaven de Romeinsche provinciën bewoonden, was het Christendom beperkt tot de Byzantijnsche provincie. In Dalmatië werd na den val van Salona de zetel van het aartsbisdom overgebracht naar Spalato (Splyet), maar in de pauselijke bullen van de negende eeuw bleef het steeds genoemd Salonitana ecclesia en het eischte voor zich de jurisdictie op over al de landen tot aan de Donau.

Volgens Constantijn Porphyrogenetus namen de Serviërs in twee verschillende tijdperken het Christendom aan, eerst gedurende de regeering van keizer Heraclius, die den paus verzocht had een aantal priesters te zenden, om deze lieden tot het christendom te bekeeren. Het is echter zeer goed bekend, dat de Slaven in Dalmatië, zelfs gedurende de regeering van paus Johan IV (640–642) heidenen bleven; zonder twijfel verbreidde het christendom zich langzamerhand van de Romeinsche steden van Dalmatië over de verschillende Slavische provincies. De Croaten behoorden reeds tot de Romeinsche kerk, toen haar priesters de Serviërs tot het christendom bekeerden, wat geschiedde tusschen de jaren 642 en 731, dat is na den dood van paus JohanIV en voor dat Leo de Isauriër zijn betrekkingen met Rome had verbroken.

De tweede bekeering van de Zuidelijke Slaven, die nog heidenen waren gebleven, geschiedde omstreeks 879 door keizer Basilius I.

In het begin drong het christelijk geloof slechts oppervlakkig door, omdat de menschen de Latijnsche gebeden niet begrepen, noch de geestelijke boeken. Het schoot veel vaster en sneller wortel, toen de oude Slavische taal werd gebruikt in de kerkdiensten.

Tengevolge van de verschillen, die zich voordeden, over beelden en den vorm, die hun eeredienst zou aannemen, verminderde de geestdrift voor de bekeering der heidenen door de Latijnsche kerk aanmerkelijk. In de Byzantijnsche provincies was het echter niet noodig bijzondere pogingen in het werk te stellen om de bevolking te kerstenen, want deze Slaven kwamen in voortdurend contact met de Grieksche Christenen, wier geloof zij zonder dwang overnamen.

Door de Slavische benaming van plaatsen, die in zekere, officieele lijsten voorkomen, kan men zien, dat door de Grieksche kerk nieuwe bisdommen gevestigd werden, uitsluitend voor de Slaven. De bisschoppen leidden hun diensten in het Grieksch, maar de priesters en monniken, die geboren Slaven waren, predikten en leerden het volk in zijn eigen taal. Aldus bereidden zij den grond voor de groote Slavische apostelen.

De Slavische apostelen van Salonica, Cyrillos en zijn oudere broeder Methodius, waren zeer geleerde mannen en wijsgeeren. De voornaamste van de twee Cyrillos was priester en bibliothecaris van het patriarchaat, daarbij was hij professor in de philosofie aan de Universiteit van het Keizerlijk Paleis te Constantinopel en hij was zeer geëerd om zijn geleerdheid in geestelijke dingen. Hun groote werk begon in 862 met de zending naar keizer Michael III, waarmede de Moravische vorsten Ratislav en Svetopluk hen belastten.

De Moraviërs waren reeds tot het Christendom bekeerd, maar zij verlangden leeraars in hun midden te hebben, die bekend waren met de Slavische taal. Voordat de broeders zich op reis begaven, stelde Cyrillos het Slavische alphabet samen en vertaalde het Evangelie.

Zoo werden deze Heilige Boeken voor de Serviërs geschreven in een taal, waarmede zij bekend waren en de leerstellingen van den grooten Meester verdreven langzaam maar gestadig den ouden primitieven godsdienst, die den vorm van zuiver naturalisme had aangenomen. De aanbidding der natuur verdween echter niet geheel en heeft zich zelfs tot op onze dagen in het volksgeloof op het Balkanschiereiland gehandhaafd. In de folklore van deze volken vinden we een aantal trekken van het godsdienstig leven en het bijgeloof, afkomstig uit voor-christelijke tijden, want na een worsteling van vele jaren hadden de heidensche plechtigheden nog slechts ten deele de plaats moeten ruimen voor de kerkelijke ceremoniën van de Latijnsche en later van de Grieksch-Christelijke Kerk, waartoe thans alle Serviërs, de bewoners van Montenegro, Macedonië en een gedeelte van Bosnië behooren.

Heldensagen en Legenden van de Serviërs

Подняться наверх