Читать книгу Historisch dagverhaal der reize van den heer De Lesseps - Jean-Baptiste-Barthélemy baron de Lesseps - Страница 17

Vertrek van St. Pieter & Paulus.

Оглавление

Wij vertrokken van de haven van St. Pieter & Paulus op den 7 October, namelijk de Heer Kasloff[13], de Heeren Schmaleff[14], Vorokhoff[15], Ivaschkin[16], ik en het gevolg van den Commandant, bestaande uit vier Sergeanten of Onderofficieren en een gelijk getal Soldaaten; de Bevelvoerende Officier van de haven voegde zich, waarschijnlijk uit eerbied voor den Heer Kasloff zijn Opperhoofd, bij ons kleine gezelschap, en wij begaven ons op baidars[17] t’scheep, om de baaij over te steeken, en ons naar Paratounka te begeeven, alwaar wij paarden zouden vinden om onzen weg te vervolgen.

[13] De Heer Kasloff-Ougrenin is, gelijk ik reeds gezegt heb, bevelhebber van Okotsk en van Kamschatka, hij staat onder den algemeenen landvoogd, die zijn verblijf te Irkoutsk houd.

[14] De Heer Schmaleff is Captein-Inspecteur over de Kamschatters, of volgens ’t Russisch Capitain ispravnik in het gebied van Kamschatka, het is dezelfde aan wien de Engelschen zo veel verplichting hadden, en de goede diensten, die hij ons beweezen heeft, zijn insgelijks ontelbaar.

[15] De Heer Vorokhoff, Geheimschrijver van den bevelhebber, word in de regeerings zaaken gebruikt, en heeft den rang van Officier.

[16] De Heer Ivaschkin is die ongelukkige edelman, van wien de Engelschen spreeken, en die in allen opzichte den door hun toegezwaaiden lof verdient; het eenvoudig verhaal van zijne rampen is genoegzaam om aan ieder leezer medelijden inteboezemen, dog men moet hem gezien en bijgewoond hebben, om van de maat des belangs te oordeelen, dat men in zijn lot moet stellen.

Hij was nog geen twintig Jaar, wanneer de Keizerin Elisabeth hem Sergeant maakte onder de Préobrajenskoische lijfwacht; hij genoot reeds een zeker aanzien aan het Hof, en de vrije toegang welke zijn post hem bij zijne Souveraine gaf, opende voor zijne eerzucht de glansrijkste loopbaan, wanneer hij eensklaps niet alleen in ongenade raakte, en zich van al de vleijende hoop, waar mede hij zich had kunnen streelen, beroofd zag, maar daar en boven had hij de smert van als de grootste misdaadiger behandeld te worden; hij ontfing de knout, de hardste en schandelijkste straf in Rusland; men scheurde hem de neusgaten op, en hij wierd daar en boven voor zijn leeven naar Kamschatka gebannen. Men weet uit het verhaal der Engelschen alles, wat hij geduurende twintig jaaren van de uiterste gestrengheid, waar mede men hem behandelde, heeft moeten uitstaan; men dreef dezelve zo verre van hem de eerste noodwendigheden te weigeren; hij zou zonder twijffel van honger en gebrek omgekomen of tot wanhoop vervallen zijn, indien de sterkte van geest en lichaam hem niet ondersteunt had. De noodzaaklijkheid van zelfs in zijn nooddruft te voorzien dwong hem, echter niet zonder afkeer, van zich onder de Kamschatters in te lijven, en geheel derzelver leevenswijze aanteneemen; hij is even als die gekleed, en vind in zijn jagt en visscherye zo veel overvloed voor zijne behoeftens, dat hij door het verkoopen van het overschot nog eenige verzagting in zijn droevig aanzijn kan bekomen; hij woont in het Ostrog van Verckneï-Kamschatka, of Opperkamschatka; onder de Russen is de oorzaak van eene zo gestrenge straf onbekend; men is genegen dezelve aan een misverstand of aan eenige onbescheiden woorden toeteschrijven want men kan niet besluiten hem een misdaad toetekennen. Het schijnt dat men te rug gekomen is van de voorgewende ijslijkheid zijner misdaad; men heeft zedert kort de plaats zijner ballingschap willen veranderen, en hem voorgeslaagen van te Yakoutsk zijn woonplaats te neemen, leverende deeze Stad meer middelen op ter voldoening van de nooddruft en ter veraangenaaming des leevens; dog die ongelukkige banneling, die tans omtrent zestig à vyf en zestig Jaar oud is, heeft die vergunning geweigerd, willende, volgens zyn zeggen, de afschuuwelijke tekenen van zijne onteering niet gaan ten toon stellen, nog ten tweedenmaale schaamrood worden over de schrikkelijke straf die hij ondergaan heeft; hij heeft liever verkoozen onder zijne Kamschatters te blijven leeven, niets meer begeerende dan vreedzaam zijne weinige overige dagen, in ’t midden der geenen die zijne eerlijkheid kennen, doortebrengen, en stervende de algemeene achting en vriendschap, die hij zo rechtmatig geniet, wegtedraagen.

Door het verhaal der Engelschen opgewekt, toonde de Heer Graaf de la Pérouse een sterk verlangen om dien ongelukkigen te zien, die hem van ’t eerste oogenblik af aan de levendigste belangneeming inboezemde. Hij ontfing hem aan zijn boord en aan zijn tafel, de menschlievendheid van onzen bevelhebber bepaalde zich niet alleen tot deernis met zijne rampen, maar ze bevlijtigde zich om dezelve te verzagten, met hem dat geene agter te laaten het welk hem ons verblijf kon doen herdenken, en daar door bewijzen te geeven, dat de Engelschen de eenigste vreemdelingen niet zijn, welke deel in zijn droevig lot genomen hebben.

[17] De Baidars zijn bijna van een gelijk maakzel als onze booten, als alleen dat de boorden gemaakt zijn van planken van vier, vijf àzes duimen, welke de een aan den anderen gevoegt zijn met banden van willige takken of touwen, men kalfatert ze met boom-mosch; de baidars zijn de eenigste vaartuigen welke dienen om de Kourilische eilanden te bevaaren: ze worden gewoonlijk geroeid, men kan er echter ook een zeil aan vast maaken.

Historisch dagverhaal der reize van den heer De Lesseps

Подняться наверх