Читать книгу Ongemak - Michael Roco - Страница 8
Оглавление5 - Bangkok
Het was 11:00 uur, ik ontwaakte in een broeierig hok. Miez houdt niet van broeierige hokken. Het was alweer en graad of dertig, niet te harden. Airco en tv aan. Marie Antoinette had wat meer tijd nodig dan ik. Voor de vierde keer de thriller Portsmouth – Watford gezien. Iets wat ze in Engeland zelfs niet uitzenden. Uitchecktijd, dezelfde homo als gisterenavond zat weer op zijn post. Vriendelijk te lachen. Ik vermoedde dat hij daarachter de receptie geslapen had. En ik vermoedde ook dat ze dat hier als “werken” beschouwen. Afgerekend en rugtassen om, dertig kilo per persoon. Vijftig kilo spullen Marie Antoinette, tien kilo van Miez, maar eerlijk zullen we alles verdelen…
Koh San Road, het was nog rustig op de kermis. Met een rugzak op je rug, krijg je nergens rust. Meteen weer aangesproken door tuktuk-chauffeur. Je bent net wakker, dus niet overdreven vriendelijk. Hem toch vriendelijk verzocht om op te zouten. Hielp niet veel. Boze blik van Marie Antoinette, doet bij mij altijd wonderen. Niet bij hem. Hij bleek immuun. Ik had ‘m moeten vragen hoe hij dat deed. De goede man achtervolgde ons met zijn tuktuk. Tien meter gelopen en er doemde een eettentje op. Even verlost van onze tuktuk-vriend bestelden we twee ontbijten: één English Breakfast en één Hot Thai Breakfast. In het begin heb ik nog wel eens de neiging alles te willen proberen. Marie Antoinette’s ontbijt zag er heerlijk uit. Precies zoals ‘t hoort bij een English Breakfast. Zeker toen mijn ontbijt gebracht werd, zag dat van Marie Antoinette er heerlijk uit. Maar ik liet me niet kennen en at ‘t soepje van ei, worst en stukjes teckel alsof ‘t de gewoonste zaak van de wereld was. Ziek word je hier uiteindelijk toch wel, hoe eerder, hoe beter…
De tuktuk-piloot had zijn voertuig op vijf meter afstand van ons tafeltje geparkeerd. Dichterbij was echt niet mogelijk. Zijn grote doel was oogcontact met zijn slachtoffers te houden, met succes. De ‘Ontplof-blik’ van Marie Antoinette liet ‘m nog steeds koud. Ik had enorm respect voor de man. Mijn soepje bleek inderdaad hot te zijn. Iets te hot voor mij. We bestelden wat toast erbij, dat leek een onschuldige actie. We bestelden vier toast, kregen er twee, missie redelijk geslaagd. De tuktukker had zijn bromsel verlaten en wandelde toevallig langs ons tafeltje. Een keer of veertig, blikken vangen was zijn opdracht. Marie Antoinette negeerde hem. Dat kwam me bekend voor. Hij trok zich er niks van aan. We vroegen om de rekening en werden geconfronteerd met een zeer creatieve rekensom. Geheel in strijd met wat de menukaart voorspelde. Ik vroeg de serveer-Thai om tekst en uitleg. Haar Engels was nog beroerder dan dat van mij. Haar wiskunde was grandioos! Koffie scheen niet tot het ontbijt te horen, hier in Thailand. Ik vond het leuk geweest en betaalde met alle liefde wat extra roepies.
We pakten onze rugtassen en als een dolle sprintte de tuktuk-meneer naar ons toe en vroeg waar we heen gingen. Geen reactie onzer kant, het sloeg ‘m niet uit ‘t veld. Hij stelde dezelfde vraag gewoon nog een keer. En nog een keer, en nog een keer. De man bleef ‘t proberen, wat dat betreft was de vergelijking met een mug snel getrokken. Muggen gaan ook niet weg voordat je ze doodgeslagen hebt. Op ‘t tekenen van een snorretje op de poster van de Koning, staat al gauw een gevangenisstraf van negen jaar. Geen idee wat voor een straf er stond op ‘t doodslaan van een irritante tuktuk-chauffeur. We namen geen enkel risico. Ik stelde voor om in zijn karretje te stappen. In zekere zin waren we dan van hem af. Marie Antoinette stemde in, we gaven ons gewonnen. De man kon tevreden zijn.
Het bleef een lullig gezicht, zo’n brommend, stinkend karretje met twee westerlingen in een bakje. Tussen de taxi’s, bussen en brommertjes vol Bangkokkers. De uitlaatgassen werden meestal op neushoogte onze tuktuk-bak in geblazen. Ik dacht met weemoed terug aan ons veilige, brave landje. Waar een weeralarm afgekondigd wordt als ‘t een beetje gaat waaien. Of waar af en toe in de zomer een smog-fase-4-alarm afgekondigd wordt. Goh, wat zouden ze hier jaloers zijn op zo’n alarm…
We werden gedropt bij een vaag kantoortje in de buurt van het station. Volgens de chauffeur kon je net zo goed kaartjes kopen daar, als op ‘t station,”same price”. Marie Antoinette trapte nergens in en zei liever een kaartje op ‘t station te willen kopen. De man begreep er niks van en al lopend over alle sporen bereikten we het station. De trein zou voor 36 cent om 12:55 uur vertrekken. Ik had liever iets meer betaald en echt rond die tijd vertrokken zijn. Er was schijnbaar iets tussen gekomen, de trein schitterde door afwezigheid. Toen ‘t antieke voertuig eindelijk arriveerde, stapten we maar snel in. Je wist nooit hoe snel ‘t ding weer vertrok.
In de coupé waarin wij geloodst werden, was een chef-coupé met een hele mooie pet. Hij wees ons een speciaal bankje aan wat gereserveerd was voor toeristen. Hij knikte vriendelijk zo van: ‘Dat heb ik toch maar mooi voor je geregeld.’ Iets verderop waren de bankjes gereserveerd voor monniken. Deze lui zijn geheel in het oranje gekleed. Oranje lakens. Zodat je het gevoel kreeg dat je in een trein met Holland supporters gepropt zat. Zo rond de geplande aankomtijd, ging de trein zich eindelijk in beweging zetten. Langs huisjes met spaanplaten en golfplaten zaten wij te zweten in onze bankjes. De coupé-chef zat naast ons, telkens tevreden te knikken als ik ‘m per ongeluk aankeek. En dat met veertig graden en een pet, knap hoor.
De trein kwam veel te laat aan in Ayutthayayuya ofzo. We stapten uit, net naast het perron. De trein was te lang of het perron was te kort. Een sprongetje van een halve meter met een rugtas van dertig kilo, voelde aan als een wereldsprong. Ik voelde me een soort Neil Armstrong. Eenmaal geland, was ‘t vooral zaak de schaduw te zoeken. Wederom verschenen uit ‘t niets allerlei bereidwillige types om ons ergens heen te vervoeren. Weinig zin in discussies dus ingestapt bij de eerste de beste. Hij bracht ons naar ‘t centrum. Uitgestorven, vergeleken met Bangkok. We besloten eerst wat te gaan drinken. Een soort van ober, bracht ons een kaart met een hele hoop variaties. Marie Antoinette wilde cola light, wat een verrassing. Ik wilde wat anders, en er was genoeg: Juices, shakes en lassi’s. Geen idee wat een lassi was, dus bestelde er eentje. Kiwi smaak. De ober had ook geen idee wat een lassi was. Zei wel iets over de populariteit van dit artikel. Ober vroeg of ik het even op de kaart aan wilde wijzen. Dat deed ik. Hij vertrok om onze drankjes te gaan halen. Met een omweg liep hij naar het opperhoofd van de tent en vertelde hem dat deze toerist een kiwi-lassi besteld had. Ongeloof in de ogen van deze persoon. Welke idioot haalde ‘t nou in z’n hoofd om een kiwi-lassi te bestellen? Hij keek alsof ik de eerste was in al die jaren die dit wilde hebben. Misschien wel de eerste ooit. Hij kwam naar ons toe om de bestelling nog even te verifiëren. Ja echt, dat was wat ik wilde. Paniek sloeg toe. De ober werd erop uitgestuurd om inkopen te gaan doen. Schijnbaar waren kiwi-lassi’s niet op voorraad.
Marie Antoinette’s cola werd gebracht, maar was aangelengd met water. Dat wilde Marie Antoinette niet, daar was ze niet van gediend. Dus kon ik me op de halve liter cola light met water concentreren. Best oké. Hoe eerder ik ziek werd, hoe eerder ik er weer van af was, had ik bedacht. De buren kwamen kiwisap aandragen. Uit een pak, maar toch. Vijf minuten later verscheen een soort groene sorbet. Het leek in de verste verte niet op Lassie, de trouwe viervoeter van tv. Het smaakte ook totaal niet naar kiwi. Het smaakte naar koriander met een yoghurtdrankje en een lading ijs in de blender gemikt. Marie Antoinette keek het ding vol afschuw aan. Terecht, het smaakte zoals het er uit zag. Uit beleefdheid het hele ding opgegeten. Je zag de hele crew bewonderend kijken hoe het groene goedje in mijn mond verdween.
Door naar Tony’s Place, een kamer geboekt voor de nacht. Tony niet gezien, alleen vrouwelijk personeel (Tony had het goed geregeld). Rugtas gedropt en dorpje verkend. Het stonk. Op anderhalve meter van onze voeten was een feestje gaande van minimaal vijf ratten. Ze speelden tikkertje in een bergje vuilnis. Ik attendeerde Marie Antoinette op dit voorval. Dat deed het tempo van de wandeling iets opschroeven. Marktje opgelopen, de lucht was vreselijk. Snel weer omgekeerd, weer wat ratten zien smullen van iets langs de weg. Marie Antoinette daar maar niet op gewezen. Terug bij Tony wat gegeten. Gelukkig kon je niet zien hoe ze het klaar hadden gemaakt. Ik had iets met shrimps en coconuts en asperges. Wijzer geworden door de kiwi-lassi leek dit me een vrij veilige bestelling.
Het smaakte best oké, ik werd nog steeds niet ziek. Na het eten nog wat biertjes op en een gevecht aangegaan met tienduizend muggen. Zeventien hebben het met de dood moeten bekopen, de rest heeft heerlijk gegeten van mijn benen en armen.
Uiteindelijk maar naar bed, het was zomaar een dag in Thailand. Dodelijk vermoeiend…