Читать книгу Deze Liefde - Софи Лав - Страница 7
HOOFDSTUK VIER
Оглавление“Heb je lekker geslapen?” vroeg Orin zodra Keira de volgende ochtend vroeg de trap afliep en uitkwam in het kroeggedeelte van de B&B.
Ze wreef over haar slaperige ogen. “Ja, bedankt.” De leugen ging haar gemakkelijk af. Ze deed liever alsof ze zeer tevreden was met haar gammel bed, dun dekbed, en bobbelige kussens dan dat ze ging klagen en Orin er ophef over zou maken. Per slot van rekening kon ze er later over schrijven, en op die manier louterend haar hart luchten.
“Ga lekker zitten en eet wat ontbijt,” zei Orin, die haar naar een tafeltje bracht en koffie voor haar plaatste. Het werd al gauw gevolgd door een kommetje pap. Hij ging tegenover haar zitten. “Ik heb het op de Ierse manier gemaakt. Ik hoop dat je het lekker vindt.”
Hij grijnsde nogal breed.
“Wat is de Ierse manier?” mompelde Keira wantrouwend.
Ze nam een slokje van haar koffie en was verrast hoe lekker die was. Wat de Ierse manier ook mocht zijn, ze kon er niet over klagen! Toen lepelde ze wat pap in haar mond en slaakte bijna een verrukte uitroep. Ze had nog nooit zoiets romigs, zo ontzettend fantastisch geproefd.
“Tjesis, hoe smaakt dit toch zo lekker?” zei Keira terwijl ze weer een hap pap verorberde. “Krijgen de koeien biologisch gras te eten en worden ze gemolken door de handen van maagden?” grapte ze.
Orins grijns werd nog breder. “Baileys in de koffie. En een scheutje whiskey in de melk.”
Keira was geschokt. “Alcohol om acht uur ’s ochtends?” zei ze verstikt. “Is dat wel een goed idee?”
Orin knipoogde. “De beste manier om je dag te beginnen. Dat en een stevige wandeling. En die krijg je zodra ik je naar je ontmoeting breng met William Barry, die de leiding heeft over het festival.”
Keira besefte toen dat Orin al klaar stond om de B&B te verlaten. Hij droeg laarzen die tot halverwege zijn kuiten kwamen alsof hij waterplassen verwachtte. Of modder. Hoe dan ook was Keira niet in de stemming voor een wandeling.
“Dat hoeft niet, hoor,” zei ze. “Ik heb GPS in de auto dus ik zal niet verdwalen/”
Orin wees naar haar koffie. “Dat is niet de reden waarom ik het doe.”
Het cynische gedeelte van Keira’s brein vroeg zich af of Orin haar opzettelijk alcohol had gevoerd zodat ze zijn aanbod van een wandeling niet kon afslaan. Maar ze wist dat dat onzin was. Orin was gewoon een lieve oude man die trots was op zijn stadje. Hij wilde het laten zien aan de cynische New Yorker met wie hij was opgezadeld.
“Kom maar mee,” vervolgde Orin. “Je bent hier toch om het ware Ierland te leren kennen! Om te leven als een plaatselijke bewonder! Je kan niet echt weten hoe we werkelijk leven als je niet in onze voetstappen bent gevolgd!!
Hij trok speels aan haar arm. Zijn enthousiasme begon in overredingskracht om te slaan en Keira besefte dat ze zijn aanbod onmogelijk kon afslaan. Orin zou haar naar die vergadering laten lopen, wat ze ook zei! Weigeren bestond gewoon niet.
Ze gaf toe en dronk het laatste beetje alcoholische koffie op. Ze voelde de gevolgen daarvan zodra ze opstond. Toen verlieten zij en Orin de bedompte B&B en kwamen in het felle zonlicht van de ochtend. Ook al was de lucht grijs getint, Keira moest toch haar ogen dichtknijpen tegen de felle schittering.
“Ga je gang,” zei ze tegen Orin, terwijl ze het enige pad bekeek, een bochtig plattelandsweggetje dat naar de voet van de heuvel kronkelde. Er waren hier en daar aan weerszijden enkele gebouwtjes, maar het werd voornamelijk omringd door weelderige groene akkers vol schapen.
“Het is zo’n drie kilometer lopen naar het stadhuis als we de weg blijven volgen,” zei Orin. “Maar als we door de akkers lopen is het de helft van de afstand. Natuurlijk heeft de boer wel het recht om op ons te schieten, gezien het feit dat we zonder toestemming op zijn terrein zijn, maar iedereen kent iedereen hier dus het komt wel goed.”
Keira slikte. “Laten we ons maar aan de toeristische route houden,” zei ze.
“Wat jij wilt,” zei Orin nonchalant, duidelijk zonder haar schrik op te merken.
Ze begonnen aan hun wandeling. Ondanks het vroege uur leek iedereen die ze tegenkwamen gelukkig en vriendelijk. Toen ze de hoofdstraat bereikten (als die zo genoemd kon worden) was er zelfs een klein groepje muzikanten dat violen en accordeons bespeelde, en oude volksliedjes zong. Mensen dansten en zongen mee. Keira kon haar ogen amper geloven. Hoe kon een plek zo’n collectieve blijdschap herbergen? Misschien had ze het niet bij het rechte eind gehad toen ze haar harde, snelle oordelen geveld had.
“Hier zijn we dan,” zei Orin, toen ze hun bestemming bereikten.
Evenals alle andere gebouwen in Lisdoonvarna, was deze in fel geschilderd, in donkeroranje ditmaal, waarmee het een bijdrage leverde aan de regenboogstraten. Een bord boven de deur verkondigde: Huis van de Koppelaar. De deur zelf was bedekt met plaatjes van Cupido.
Keira trok een wenkbrauw op bij het aanschouwen van deze kitsch, en ging achter Orin aan naar binnen. Een oude heer kwam overeind van achter zijn bureau en liep op haar af.
“William Barry,” zei hij, met een uitgestoken hand. “Jij bent de Amerikaanse journalist."
Keira schudde haar hoofd. “Ik ben reisschrijver, geen journalist.”
“Dus dit stuk gaat niet in de New York Times verschijnen?” vroeg William met een frons.
Keira wierp een smekende blik op Orin. Leefde William werkelijk in de veronderstelling dat ze voor een of andere gigantische organisatie werkte? Wat als Heather de waarheid enigszins verbogen had toen ze deze reis organiseerde, wetende dat Josh geen probleem zou hebben met liegen en vleien om zijn doel te bereiken?
Plotseling barstte Orin in lachen uit. Keira keek weer naar William. Ook hij lag dubbel van het lachen.
“Je had je gezicht moeten zien!” riep hij uit, terwijl zijn gezicht knalrood werd.
Keira kon de grap er niet helemaal van inzien. Er stond voor haar zoveel op het spel met deze eerste echte opdracht, dat ze plagerijen niet kon velen.
“Ga zitten, ga toch zitten,” zei William toen hij opgehouden was met lachen.
Keira trok een van de houten stoelen naar zich toe en nam plaats aan het bureau. Orin ging naast haar zitten. Net toen William ging zitten kwam een vrouw met vuurrood haar binnen met een dienblad waarop een theepot, kopjes en een melkkannetje stonden.
“Dit is mijn secretaresse, Maeve,” zei William toen de vrouw het dienblad had neergezet. “Bedankt, lieverd.”
Ze verliet de kamer en William schonk de kopjes thee in. Het maakte niet uit dat Keira niet zo’n theedrinker was, ze voelde zich niet in staat het af te slaan, en nam daarom het kopje zonder protesteren aan.
William vouwde zijn handen op de tafel. “Ik moet zeggen, we zijn erg enthousiast over je komst, Keira. Door de manier waarop de wereld aan het veranderen is met al die datingsites op het Internet, wordt het steeds lastiger om klanten te krijgen. Ik hoop dat jouw stuk wat hernieuwde interesse kweekt.”
Keira bedekte haar schuldige gezichtsuitdrukking met haar theekopje. Ze was beschaamd over de wetenschap dat ze zo’n bijtend stuk zou schrijven. William en Orin leken haar lieve, goudeerlijke mensen, en ze hadden haar zo gastvrij onthaalt. Maar ze had haar opdracht, en haar instructies. Ze maakte zichzelf wijs dat het onderuithalen van een mal festival aan de andere kant van de wereld door een blad dat niet even in Ierland geïmporteerd werd, nu niet bepaald de doodsklap kon geven aan de zaak.
“Ken je de geschiedenis van het festival?” vervolgde William.
“Ik heb me wat ingelezen voor mijn komst,” zei Keira knikkend.
Maar toen William aan een monoloog begon over het festival hield ze haar mond. Het was wel duidelijk dat ze op een verbale geschiedenis onthaald zou worden, of ze wilde of niet.
“Mijn vader deed hierin. Zijn vader voor hem. Sterker nog, de Barry’s zijn al zo lang als men zich kan herinneren koppelaars geweest. Vroeger werden edelen die bezoekjes brachten voor het water gekoppeld aan mooie jonge plaatselijke meisjes. Er wordt gezegd dat Ierse meisjes enorm vruchtbaar zijn, zie je, en dat was het grootste verkoopargument van de koppelaar.”
Keira kon maar amper een uitdrukking van walging op haar gezicht tegenhouden. Maar William merkte het niet en vervolgde zijn verhaal.
“Gewoonlijk vond het plaats net na de oogst, wanneer de meisjes op hun molligst waren en hun borsten het volst. Een goede koppelaar zorgde er wel voor dat de meisjes getrouwd en afgevoerd waren voor de winter, aangezien de kans bestond dat ze tijdens de winter longontsteking zouden oplopen en overlijden.”
Keira perste haar lippen samen om niet te giechelen. Ze kon niet zien of William over het een en ander in de maling liep te nemen, maar ze had zo’n vermoeden dat hij doodserieus was. Hoewel ze zich inderdaad had ingelezen, was Williams formulering erg grappig.
“Toen veranderden de tijden natuurlijk. Er kwamen andere types naar het stadje. Veel mannen kwamen om in oorlogen. De dreiging van hongersnood dreef mensen tot jong in het huwelijk te treden, en om het even met wie. Het was een moeilijke tijd voor de koppelaar. Toen ik de zaak van mijn vader overnam werd ik vooral betaald door boerenknechten die aan een van mijn plaatselijke meisjes gekoppeld wilde worden.” Hij klopte op een boek. “Dus hield ik een lijstje bij van hen.”
“Mag dat van de wet?” zei Keira, die daarmee eindelijk haar verblufte stilte verbrak. “Het klink nogal stalkerig in de oren.”
“Onzin!” lachte William. “De meiden vonden het geweldig. Ze wilden allemaal trouwen. Ook al was het met een boerenknecht die geen hersencellen, maar wel verschrikkelijke hygiënische gewoonten had.”
Keira schudde haar hoofd alleen. Haar artikel schreef zichzelf!
Op dat moment ging de deur open. Keira verwachtte de roodharige Maeve weer te zien, maar toen ze over haar schouder keek zag ze dat het Shane was die het gebouw betrad. Plotseling voelde ze haar hele lichaam tintelen en ze ging kaarsrecht zitten in haar stoel.
“Mogge,” zei Shane, en nam plaats in de hoek.
William vervolgde. “En dit is dan mijn koppelboek.” Hij overhandigde haar een enorm boek met een harde leren kaft. “Nou ja, een van mijn boeken. Ik doe dit al zoveel jaren dat ik nu een fikse collectie heb.”
Keira begon het boek door te bladeren, en las de namen van gelukkige paren. Sommige hadden foto’s, anderen trouwdata. Er waren kaarten, geadresseerd aan William, van paren die hij aan elkaar had gekoppeld. Het zag er allemaal vreselijk schlemielig uit. Keira, altijd berekenend, begon in gedachten een paragraaf voor haar artikel te formuleren. “Weet je,” zei William, terwijl hij over de tafel naar haar leunde. “Misschien kan ik jou koppelen. Misschien is een leuke Ierse vent net wat je kan gebruiken.”
Keira voelde haar wangen branden. “Ik heb een vriend,” zei ze. Misschien beeldde ze het zich in, maar ze dacht dat ze vanuit haar ooghoek Shane ineen zag krimpen. “Zach. Hij werkt in computers.”
“Je bent gelukkig met deze man?” vroeg William.
“Oh, zeker,” antwoordde Keira, braaf het standaardantwoord opdreunend.
William leek niet overtuigd. Hij tikte op het boek dat Keira op zijn bureau had teruggeplaatst. “Ik doe dit al heel erg lang. Ik ben een liefdesexpert en ik kan het zien in mensen hun ogen. Ik ben er niet zo zeker van dat deze man de juiste voor jou is.”
Keira wist dat hij niet bewust onbeschoft was, maar zijn scepticisme raakte een gevoelige snaar, zeker nu zij en Zach zoveel ruzieden. Maar William was ook journalistiek goud waard en ze wilde zo veel uit hem halen als ze maar kon.
“In welk opzicht is hij niet de juiste voor me?” drong ze aan.
“Hij steunt je niet waar je dat nodig hebt. Jullie groeien niet langer samen, en volgen niet hetzelfde pad.”
Keira voelde kippenvel. Dit was veel te dicht bij huis.
“Je bent dus niet alleen koppelaar, maar ook waarzegger?” grapte ze. “Hou je daaronder een stel tarotkaarten verborgen?”
William lachte diep vanuit zijn buik. “O nee hoor, niets van dat alles. Maar door de jaren heen heb ik een soort intuïtie opgebouwd. Er was geen sprankje in je ogen toen je zijn naam uitsprak. Geen muziek in je stem.”
“Ik denk dat dat misschien alleen maar mijn cynische New Yorkse persoonlijkheid is,” zei Keira.
“Misschien. Of misschien komt het omdat je niet heel veel van hem houdt.”
Keira dacht daarover na. Zij en Zach hadden zelden het L-woord uitgesproken. Sterker nog, ze kon zich de laatste keer niet eens herinneren.
“Ik denk niet dat liefde altijd nodig is bij dit soort dingen,” zei ze.
“Maar waarom zou je je tijd verdoen met iemand van wie je niet houdt terwijl je kan gaan zoeken naar De Ware?”
Keira kruiste haar armen over elkaar. “Omdat een ‘Ware’ misschien niet bestaat.”
“Je gelooft niet in De Ware?” drong William aan.
Keira schudde haar hoofd. “Welnee.”
Deze bekentenis leek William te enthousiasmeren. “We hebben een negatieveling,” riep hij met een lach uit. “Dat betekent dat het onze uitdaging is om jou van gedachten te doen veranderen. Shane, jongen?” Hij gebaarde dat de gids naar hem toe moest komen, hetgeen gebeurde. Toen hij eenmaal naast hem stond, gooide William een arm om zijn schouders. “Je hebt promotie gemaakt,” grapte hij. “Jij gaat deze jongedame niet slechts door het festival gidsen, je gaat haar leiden naar ware liefde. Ik vrees dat het een moeilijke opgave zal zijn!”
Keira schoof ongemakkelijk heen en weer op haar stoel. Maar ondanks haar ongemak om het middelpunt van de rare vergadering te zijn, wist ze dat ze uitstekend materiaal voor haar artikel had verzameld, dankzij de seniele oude man en zijn lang-achterhaalde meningen over relaties. Elliot zou hiervan uit zijn dak gaan. En het schrijven zou voor Keira enigszins therapeutisch zijn.
Ze moest alleen maar door haar eerste dag met Shane weten te komen, en dan kon ze zich bevrijden van al deze mallotigheid door te typen.