Читать книгу God redde Nederland - Jan Kuiper - Страница 8

HOOFDSTUK IV.

Оглавление

Inhoudsopgave

Hendrik Doeff op Decima.

Hendrik Doeff was in 1799 naar Japan vertrokken, waar hij in 1803 door onze regeering als opvolger van Willem Wardenaar tot Gouverneur van het eiland Decima werd aangesteld, en wel, zooals gewoonlijk, voor den tijd van vijf jaren. In 1808, toen zijn tijd om was, verwachtte hij een Hollandsch schip uit Batavia, om hem af te lossen. Inplaats daarvan verscheen echter een Engelsch schip onder Hollandsche vlag. Doeff zond een paar zijner ambtenaren er heen om te informeeren, wat het zenden van dit schip beteekende, doch de bevelhebber liet de twee ambtenaren gevangen nemen. Door tusschenkomst van den gouverneur van Nangazaki werden deze ambtenaren later weer in vrijheid gesteld.


HENDRIK DOEFF.

In 1809 kreeg Doeff wel eenig bericht van Java, doch van zijn post werd hij niet afgelost. Het eiland Decima is 600 voet lang en 220 voet breed en Doeff had er slechts zes of zeven Hollanders bij zich, zoodat het leven voor hem er zeer eentonig was. In Aug. 1813 verschenen er weer twee schepen voor Decima. In zijn verwachting, dat het Hollandsche vaartuigen zouden zijn, werd Doeff echter wreed teleurgesteld. Het waren Engelsche vaartuigen, door Raffles afgezonden. Aan boord er van bevond zich de Oud-Gouverneur van Decima, Wardenaar, die aan Doeff liet weten, dat de Nederlanders Decima aan Engeland hadden afgestaan, waarom hij, Wardenaar, eischte, dat Doeff zich aan hem, als Commissaris der Engelsche regeering, zou onderwerpen. Doeff liet zich echter niet met leugenachtige verhalen om den tuin leiden en weigerde de overgave van het eiland. Men beloofde hem nu belooning en bevordering, doch hij wilde van geen onderwerping aan Engeland weten. Deze standvastigheid en trouw moet vooral hierom in Doeff gewaardeerd worden, omdat hij op Decima als in ballingschap leefde, en er van alle geriefelijkheden en gezelligheid der maatschappij was verstoken, terwijl, als hij op de aanbiedingen der Engelschen ingegaan was, hij een leven van weelde en gemak had kunnen krijgen.

Het onderhandelen eindelijk moede, dreigde Doeff, het Japansche Bestuur in de zaak te mengen, als Wardenaar niet spoedig aftrok. Zelfs wist hij dezen en den met hem gekomen Engelschen Commissaris zóó beangst te maken, „dat zij de afdoening bewerkten eener schuld van over de f 100.000, die het kantoor ten gevolge van het stilstaan des handels, op zich geladen had.”

In 1814 beproefde Raffles nog eenmaal, Decima voor Engeland te winnen, doch Doeff, die intusschen van de bevrijding van Nederland en den val van Napoleon gehoord had, was nu nog minder bereid, zich aan Engeland te onderwerpen, dan ooit te voren.

Eerst den 6 Dec. 1816 kwamen Hollandsche schepen te Decima, die Doeff van zijn post verlosten. Doeff heeft toen nog twee jaar op Batavia doorgebracht, waarna hij met den Commissaris-Generaal Elout naar het vaderland terugkeerde.

God redde Nederland

Подняться наверх