Читать книгу Reisindrukken in het Oosten - Louis Heldring - Страница 3
Voorwoord.
ОглавлениеDeze reisindrukken, meerendeels onderweg door mij opgesteld, verschenen eerst als Brieven uit het Oosten in het Nederlandsch Dagblad en dragen daardoor nog het karakter van afzonderlijke eenigszins op zich zelf staande gedeelten onzer reis. Toen zij daarna als Feuilleton in den Rotterdamschen Kerkbode waren opgenomen, werd door sommigen de wensch geuit, dat ik ze gezamelijk zou uitgeven. Te dien einde werden zij door mij hier en daar aangevuld en zooveel mogelijk tot een geheel gevormd om bij mijn vertrek uit Rotterdam voor mijne catechisanten te kunnen dienen als gedachtenis aan mijn zevenjarig verblijf in de Gemeente.
Als zoodanig verschijnt dan dit boekje thans in het licht zonder eenige verdere pretensie. Het wil iets terug geven van hetgeen wij in het Oosten gezien hebben en in 't bijzonder datgene, wat in hooge mate mijne aandacht trof, maar biedt geen volledig beeld van het geheel.
De plaatjes, die dit werkje bevat, zijn ontleend aan een album van 24 chromolithographieën over Palestina die èn door gelijkenis èn door uitvoering boven alle andere, die ik zag, uitmunten. Zij werden onlangs in het licht gegeven door het Rauhe Haus te Hamburg, wier Directeur, mijn vriend Dr. J. Wichern met toestemming van den teekenaar R. J. Hartman en den uitgever J. Benzinger den herdruk van dit twaalftal aquarellen, die dit boekje sieren, met de meeste welwillendheid heeft bevorderd, mede ook omdat de uitgaaf hiervan moest strekken ten voordeele van eene zusterinstelling, het Doorgangshuis te Hoenderloo, dat evenals het Rauhe Haus de opvoeding van verwaarloosde knapen beoogt. Moge deze proeve van illustratie menigeen uitlokken dat schoone album in zijn geheel aan te schaffen.
Met een gevoel van dankbaarheid aan den Heer, die ons het voorrecht schonk deze reis te maken en ons op al onze wegen bewaarde, heb ik aan de samenstelling van dit boekje gewerkt. Daarbij mag ik niet verzuimen een woord van bijzonderen dank te betuigen aan mijne beide ambtsbroeders J. Krayenbelt uit Rotterdam en H. C. van Lindonk uit Oosterbeek. Heeft de eerste, door zijn herhaald bezoek aan Palestina volkomen van alles op de hoogte, ons allen vaak door zijn meerdere kennis voorgelicht en daardoor op velerlei onze aandacht gevestigd, dat anders daaraan wellicht zou zijn ontgaan; persoonlijk heeft hij en vooral de andere ambtsbroeder mij verplicht, met wien ik steeds alle lief en leed of beter gezegd, met wien ik het eerste en die met mij het laatste zoo vriendelijk deelde, toen ik onder minder gunstige omstandigheden de terugreis van Caïro naar huis moest aanvaarden.
Moge het hun en de overige reisgenooten bij de lezing gaan als mij bij de samenstelling van dit boekje. Vaak toch was het mij alsof de oude indrukken opgefrischt en de heerlijke herinneringen weer verlevendigd werden aan zooveel schoone, maar ook enkele droeve dagen.
Ben ik er in geslaagd aan anderen, die Palestina niet door eigene aanschouwing kennen, eene juiste voorstelling, kon het zijn een eenigszins sprekend beeld gegeven te hebben van het land, waar eenmaal de Heiland der wereld leefde, dan zal ik mijne moeite ruimschoots beloond achten.
Moge dit boekje, welks uiterlijke vorm den uitgever tot eer strekt, hem voldoening geven, der stichting van Hoenderloo, wier drukkerij het aanbiedt als proeve van bewerking ter aanbeveling strekken en het Koninkrijk Gods, hetwelk deze inrichting in het werk der dienende liefde tracht te bevorderen ten goede komen.
H.