Читать книгу Eens Weg - Блейк Пирс - Страница 8
Hoofdstuk 2
Оглавление“Het werd met de dag erger voor haar,” zei Sam Flores. Hij liet nog een afschuwelijke foto zien op het enorme multimedia beeldscherm dat boven de vergadertafel uittorende. “Tot op het moment dat hij er een eind aan maakte.”
Bill had dat al gedacht, maar hij haatte het om gelijk te hebben.
Het Bureau had het lichaam naar de GAE, eenheid Gedragsanalyse, in Quantico gevlogen, forensische deskundigen hadden foto’s genomen en het lab was met alle tests begonnen. Flores, een medewerker met een zwart omrande bril, doorliep de afgrijselijke diavoorstelling en de gigantische beeldschermen werden een afstotelijke aanwezigheid in de vergaderruimte van de GAE.
“Hoe lang was ze al dood voordat het lichaam gevonden werd?” vroeg Bill.
“Niet lang,” antwoordde hij. “Misschien in de vroege avond daarvoor.”
Naast Bill zat Spelbren, die met hem naar Quantico meegevlogen was nadat ze Yarnell verlaten hadden. Aan het hoofd van de tafel zat Special Agent Brent Meredith, het teamhoofd. Met zijn brede postuur, zijn donkere, hoekige kenmerken en zijn no-nonsens gezicht was Meredith een indrukwekkende aanwezigheid. Niet dat Bill door hem geïntimideerd was; verre van dat. Hij mocht graag denken dat ze veel gemeen hadden. Ze waren allebei doorgewinterde veteranen die alles al gezien hadden.
Flores liet een aantal close-ups van de wonden van het slachtoffer zien. “De wonden aan de linkerkant zijn eerder toegebracht,” zei hij. “Die aan de rechterkant zijn recenter. Sommige daarvan zijn uren of zelfs minuten voordat hij haar met het lint heeft gewurgd toegebracht. Het lijkt alsof hij gedurende de week dat hij haar gevangenhield geleidelijk aan steeds gewelddadiger werd. Haar arm breken is waarschijnlijk het laatste dat hij gedaan heeft toen ze nog leefde.”
“De wonden zien eruit als het werk van één dader,” observeerde Meredith. “Waarschijnlijk mannelijk, afgaande op het toenemende niveau van agressie. Wat heb je nog meer?”
“Gezien de kleine stoppels op haar hoofdhuid denken we dat haar hoofd twee dagen voordat ze werd vermoord is geschoren,” ging Flores verder. “De pruik is met stukjes van andere pruiken in elkaar genaaid, allemaal goedkope. De contactlenzen zijn waarschijnlijk per postorder besteld. En nog iets,” zei hij en hij keek aarzelend naar de gezichten. “Hij heeft haar met Vaseline ingesmeerd.”
Bill voelde de spanning in de ruimte stijgen. “Vaseline?” vroeg hij.
Flores knikte.
“Waarom?” vroeg Spelbren.
Flores haalde zijn schouders op. “Dat is jouw taak,” antwoordde hij.
Bill dacht aan de twee toeristen die hij de dag ervoor had ondervraagd. Hij had niets aan hen gehad. Ze waren verscheurd door morbide nieuwsgierigheid en op het randje van paniek over wat ze gezien hadden. Ze hadden niets liever gewild dan teruggaan naar hun huis in Arlington en er was geen reden geweest om hen in hechtenis te nemen. Ze waren door iedere beschikbare agent ondervraagd. En ze waren duidelijk gewaarschuwd om niets te zeggen over wat ze gezien hadden.
Meredith ademde uit en legde beide handen op de tafel. “Goed werk, Flores,” zei hij.
Flores leek dankbaar voor het compliment, en misschien een beetje verrast. Brent Meredith was niet vrijgevig met lof.
“Nou, agent Jeffreys,” zei Meredith, terwijl hij zich naar hem toe draaide, “laat maar eens horen hoe dit betrekking heeft op jouw oude zaak.”
Bill haalde diep adem en leunde naar achteren in zijn stoel. “Iets minder dan zes maanden geleden,” begon hij, “op zestien december om precies te zijn, werd het lichaam van Eileen Rogers gevonden op een boerderij bij Daggett. Ik werd erbij geroepen om het te onderzoeken, samen met mijn partner, Riley Paige. Het was ontzettend koud en het lichaam was helemaal bevroren. Het was moeilijk te bepalen hoe lang het daar al lag en het tijdstip van overlijden is nooit exact bepaald. Flores, laat maar zien.”
Flores draaide zich weer om naar de diavoorstelling. Het scherm deelde zich in tweeën en naast de beelden die er al op stonden verscheen een nieuwe reeks. De twee slachtoffers werden naast elkaar vertoond. Bill snakte naar adem. Het was verbijsterend. Afgezien van het bevroren vlees van het ene lijk verkeerden de lichamen in bijna exact dezelfde toestand. De wonden waren bijna identiek. Bij beide vrouwen waren de ogen op dezelfde afschuwelijke manier open genaaid.
Bill zuchtte. De beelden brachten het allemaal weer terug. Hoe lang hij ook bij de politie zat, de aanblik van een slachtoffer deed hem nog altijd pijn.
“Het lichaam van Rogers was rechtop zittend tegen een boom aan gevonden,” ging Bill verder, zijn stem verbeten nu. “Niet zo zorgvuldig neergelegd als het lichaam in Mosby Park. Geen contactlenzen of Vaseline, maar de meeste andere details zijn hetzelfde. Rogers’ haar was kortgeknipt, niet geschoren, maar er was een soortgelijke aan elkaar genaaide pruik. Ze was ook met een roze lint gewurgd en vóór haar werd een neproos gevonden.” Bill zweeg even. Hij haatte wat hij nu moest zeggen. “Paige en ik konden de zaak niet oplossen.”
Spelbren draaide zich naar hem om. “Wat was het probleem?” vroeg hij.
“Wat was het probleem níét?” zei Bill, zich onnodig verdedigend. “Er zat niets mee. We hadden geen getuigen; de familie van het slachtoffer kon ons geen enkele bruikbare informatie geven; Rogers had geen vijanden; geen ex-man; geen boos vriendje. Er was geen enkele reden dat zij aangevallen en vermoord moest worden. Het werd vrijwel meteen een cold case.” Bill zweeg. Zijn geest werd overspoeld door sombere gedachten.
“Niet doen,” zei Meredith op zijn typerende kalmerende toon. “Het is niet jouw schuld. Je kon een nieuwe moord niet voorkomen.”
Bill waardeerde zijn vriendelijkheid, maar hij voelde zich verdomd schuldig. Waarom had hij het eerder niet kunnen oplossen? Waarom was Riley niet gelukt? Er waren maar weinig momenten in zijn carrière geweest dat hij zich zo verslagen had gevoeld.
Op dat moment ging Merediths telefoon en de chef nam het gesprek aan. Het eerste wat hij zei was: “Shit.” Hij herhaalde dat nog een paar keer. Toen zei hij: “Weet je zeker dat zij het is?” Hij zweeg en zei toen: “Is er contact opgenomen voor losgeld?”
Hij stond op uit zijn stoel en liep de vergaderruimte uit, de andere drie mannen verbouwereerd achterlatend. Na een paar minuten kwam hij terug. Hij zag er ineens een stuk ouder uit. “Heren, we hebben nu met een crisis te maken,” deelde hij mee. “Het slachtoffer van gisteren is zojuist geïdentificeerd. Haar naam was Reba Frye.”
Bill snakte naar adem, alsof hij een stomp in zijn maag had gekregen; hij zag ook de schok bij Spelbren. Maar Flores zag er verward uit. “Moet ik weten wie dat is?” vroeg hij.
“Haar meisjesnaam is Newbrough,” legde Meredith uit. “De dochter van staatssenator Mitch Newbrough; waarschijnlijk de nieuwe gouverneur van Virginia.”
Flores blies zijn adem uit.
“Ik had niet vernomen dat ze vermist was,” zei Spelbren.
“Het was niet officieel gerapporteerd,” zei Meredith. “Er is al contact opgenomen met haar vader. En natúúrlijk denkt hij dat het politiek is, of persoonlijk, of allebei. Hij negeert daarbij het feit dat er zes maanden geleden hetzelfde is gebeurd met een ander slachtoffer.” Meredith schudde zijn hoofd. “De senator neemt dit hoog op,” ging hij verder. “We kunnen een lawine van de pers verwachten. Hij zorgt er wel voor dat het vuur ons aan de schenen wordt gelegd.”
Bills moed zonk hem in de schoenen. Hij haatte het gevoel alsof hij er tot diep in zijn oren in zat. Maar dat was precies hoe hij zich nu voelde.
Er viel een sombere stilte in de ruimte.
Uiteindelijk schraapte Bill zijn keel. “We hebben hulp nodig,” zei hij.
Meredith draaide zich naar hem om en Bill keek naar zijn verharde blik. Plotseling was het gezicht van Meredith vol zorgen en afkeur. Hij wist duidelijk wat Bill dacht. “Ze is er nog niet klaar voor,” antwoordde Meredith. Hij wist dat Bill haar erbij wilde halen.
Bill zuchtte. “Meneer,” antwoordde hij, “ze kent de zaak beter dan wie dan ook. En er is niemand die slimmer is.” Na nog een korte stilte stond Bill op en zei wat hij werkelijk dacht. “Ik denk niet dat we het zonder haar kunnen doen.”
Meredith tikte een paar keer met zijn potlood tegen een notitieboek, zichtbaar wensend dat hij overal was behalve hier. “Het is fout,” zei hij. “Maar als ze instort, is het jóúw fout.” Hij ademde weer uit. “Bel haar.”