Читать книгу Cliniclowns en HappyMeals - Süreyya Turan - Страница 8
ОглавлениеHet voelde zo onwerkelijk allemaal. Het lijkt haast wel een film waar we in beland zijn. Alles is de afgelopen weken zó snel gegaan. Ik besef nog steeds niet helemaal wat er allemaal is gebeurd. Het ene moment zat ik nog rustig met mijn lieve meisje op de bank en nu ligt ze hier, vast aan een infuus voor de komende paar dagen. Süreyya lijkt het allemaal relatief goed af te gaan. De eerste zak met chemo zit erin. Normaalgesproken probeer ik volledige controle te houden over wat er in haar lichaampje gaat. Vanaf de eerste dag dat we in het ziekenhuis kwamen, heb ik alles wat ze te eten kreeg geproefd. Dat deed ik ook met alle vloeibare medicijnen die ze kreeg. Het maakte me niet uit hoe vies het allemaal was, ik wilde weten wat ze mijn kind gaven. Maar controle over de chemo heb ik niet. Eigenlijk heb ik helemaal geen controle over deze situatie. Helemaal niets. Toch probeer ik mezelf bezig te houden om nog enigszins grip te krijgen op de situatie. Ik weet niet wat ik anders moet doen, of hoe ik het anders vol ga houden.
Ik kijk toe hoe ze de tweede zak chemo ophangen aan de paal waar mijn dochter aan vast zit. Druppel voor druppel verdwijnt de gele vloeistof langzaam maar zeker in haar lichaam, rechtstreeks haar bloedbaan in. De doctoren hadden me gewaarschuwd voor alle mogelijke bijwerkingen. Het is een behoorlijke lijst waar we rekening mee moeten houden. Nu is het afwachten geblazen hoe ze gaat reageren op de chemo. We hopen voor het beste, meer kunnen we tenslotte niet doen. Als de kuur maar aanslaat. Want God, ik wil niet weten wat er gebeurt wanneer dat niet het geval is. Als dit niet werkt, weet ik niet of ik het trek.
’Harder, harder!’ Mijn broer rent achter me aan en jaagt me op. Gierend van het lachen trap ik zo hard als ik kan. Ik ga als een speer en doe mijn uiterste best om de verpleegsters in de gang te ontwijken. Zo nu en dan kijk ik snel even over mijn schouder en zie mijn grote broer lachend achter me aan rennen. Op de afdeling hebben we een hele grote speelkamer met allemaal speelgoed dat we mogen gebruiken, waaronder een skelter. Ik voel me vandaag best goed. Nou ja, in ieder geval een stuk beter dan gisteren. Toen had ik heel veel buikpijn van de chemo. Maar nu gaat het wel weer. Toen mijn broer voorstelde te gaan skelteren, liet ik me dat geen tweede keer vertellen. Het is leuk, maar niet makkelijk met dat infuus. Mijn broer moet de lange stang op wieltjes de hele tijd vasthouden terwijl hij achter me aanrent. Gillend van plezier begin ik aan mijn derde ronde. Op de afdeling kan je constant rondjes fietsen, zo vaak als je wilt. ‘Kom Süreyya, we gaan nog harder!’ Enthousiast trekt mijn broer een sprintje waardoor hij mij inhaalt. Hij rent een paar meter voor me uit, en dan gaat het fout; de skelter maakt een raar geluid en stopt abrupt. Mijn broer valt voorover en de ijzeren stang die hij vast heeft, dondert over hem heen. De slang van mijn infuus heeft zich om de band van de skelter gewikkeld. ‘Oeps, sorry…’ zegt mijn broer, ietswat verlegen. Binnen no-time staan er drie zusters om me heen om de slang weer goed te leggen. Het is over met de pret.