Читать книгу De Reis naar de Maan in 28 dagen en 12 uren - Jules Verne - Страница 7

Vierde hoofdstuk. De sterrenwacht te Cambridge.

Оглавление

Inhoudsopgave

Barbicane liet zich door den wierook die hem werd toegezwaaid, niet afleiden van spijkers met koppen te slaan. De Gun-club besloot de sterrenkunde te raadplegen; als deze wetenschap haar gevoelen had geuit, zou men zijn aandacht aan het werktuigkundige gedeelte der zaak wijden. Niets werd verzuimd om de verwezenlijking van het grootsche plan tot stand te brengen.

Men wendde zich dus tot de sterrenwacht te Cambridge in den staat Massachusetts, een beroemde zetel der wetenschap, waar zich de prachtige kijker bevindt, waarmee Bond de nevelvlek in Andromeda verklaarde en Clarke den wachter van Sirius ontdekte.

Het volgend antwoord werd den voorzitter Barbicane ter hand gesteld.

De directeur der Sterrenwacht te Cambridge aan den voorzitter der Gun-club te Baltimore.

In antwoord op uwen geëerde van 6 dezer heeft het bestuur der sterrenwacht de eer te berichten:

1º. Op de vraag: is het mogelijk een projectiel naar de maan te schieten?—Ja, indien men er een snelheid van 12,000 yard in de eerste seconde aan geven kan. De berekening toont, dat deze snelheid toereikend is. Naarmate men zich van den aardbol verwijdert, neemt de werking der zwaartekracht af in omgekeerde rede tot het vierkant van den afstand: dat is te zeggen: op driemaal grooter afstand werkt de zwaartekracht negenmaal minder. Bijgevolg zal het gewicht van het projectiel met snelheid afnemen; het zal geheel nul worden wanneer het punt bereikt is waar de aantrekkingskracht der maan volmaakt gelijk is aan die der aarde, te weten 47/52 van den geheelen maanafstand. Op dat oogenblik zal het projectiel in ’t geheel niet meer naar de aarde worden getrokken, maar op de maan vallen ten gevolge van haar aantrekkingskracht. Theoretisch is dus de mogelijkheid der zaak volkomen bewezen: wat het welslagen betreft, dit hangt geheel af van de kracht der uitwerping.

2º. Op de vraag: hoe groot is de juiste afstand van de maan tot de aarde?—De maan beschrijft om de aarde geen cirkel, maar een elliptische baan, in een van welker brandpunten de aarde staat; vandaar dat de afstand nu grooter, dan kleiner is; het grootst—sterrenkundig gesproken—in haar apogeüm, het kleinst in haar perigeüm. Het verschil is zoo groot, dat men het niet mag verwaarloozen. In haar apogeüm is de maan 398.560 kilometer, in haar perigeüm 352,040 kilom. van de aarde verwijderd, hetwelk een verschil maakt van 46.520 kilom., meer dan 1/9 van het geheel. De perigeüm-afstand moet dus ten grondslag der berekening gelegd worden.

3º. Hoe lang zal de reis van het projectiel duren bij een toereikende aanvankelijke snelheid, en waarheen moet men het dus richten, ten einde de maan op een bepaald punt te bereiken?—Indien het projectiel de aanvankelijke snelheid van 12,000 yard in de seconde bleef behouden, zou het slechts nagenoeg negen uren onderweg zijn; maar daar deze snelheid aanhoudend afneemt, zal het projectiel volgens de berekening 300,000 seconden, zegge 83 uren en 5 minuten noodig hebben om het punt te bereiken waar de aantrekkingskracht der maan en die der aarde in evenwicht is; van dit punt zal het op de maan vallen in 50.000 seconden of 13 uur 53 min. 20 sec. Derhalve in ’t geheel 96 u. 58 min. 20 sec.

4º. Op welk oogenblik zal de maan zich in den gunstigen stand bevinden om door het projectiel bereikt te worden?—Uit het bovenstaande blijkt, dat men het maan-perigeüm kiezen moet, en tevens het oogenblik waarop de maan in het zenith (toppunt, schedelpunt) staat, dat den stand met het bedrag der lengte van den straal der aarde vermindert, namelijk ruim 19,820 kilom. Maar ofschoon de maan in iederen omloop door haar perigeüm gaat bevindt zij zich op dat oogenblik niet altijd in het zenith. Het samenvallen der beide omstandigheden moet dus worden afgewacht. Gelukkigerwijs nu is dit den 4den December van het volgende jaar het geval; de maan bevindt zich dan te middernacht in haar perigeüm, d. i. op haren kortsten afstand van de aarde, en zij staat op hetzelfde oogenblik in het toppunt.

5º. Op welk punt van den hemel moet men het stuk richten?—Volgens het voorafgaande moet het stuk juist loodrecht opwaarts gericht worden: bij deze richting is het projectiel het spoedigst aan de aantrekkingskracht der aarde onttrokken. Maar zal de maan door het toppunt eener plaats gaan, dan moet die plaats geen hooger breedte hebben dan de declinatie der maan, m. a. w. tusschen 0° en 28° Noorder- of Zuiderbreedte. Op ieder ander punt moet de richting noodwendig schuins zijn, hetgeen nadeelig zou wezen voor het slagen der proef.

6º. Op welk punt zal de maan aan den hemel staan op het oogenblik, dat het projectiel wordt afgeschoten?—Daar de maan dagelijks 13°10′35″ boogs in haar baan voortrukt, moet zij het vierdubbele daarvan van het toppunt verwijderd zijn, t.w. 52°52′5″, overeenkomende met den tijd dien zij besteedt om voort te rukken van het punt, waar zij zich bevindt op het oogenblik van afschieten, tot dat, waarop het projectiel haar bereikt. Maar men moet ook in rekening brengen den invloed van de aswenteling der aarde op de richting van het projectiel; en daar het projectiel eerst de maan bereikt na het afleggen van 60 stralen der aarde, moet men deze 11° voegen bij den reeds vermelden weg der maan, 64° in een rond getal. Derhalve moet de richting van het stuk op het oogenblik van afschieten een hoek van 64° met de loodlijn hebben.

Ziehier de opgegeven vragen beantwoord.

Resumeere:

1º. Het stuk moet geplaatst worden op een punt, minder dan 28° N. of Z. Breedte hebbende.

2º. Het moet gericht worden naar het toppunt der plaats.

3º. Het projectiel moet een snelheid hebben van 12.000 yard in de eerste seconde.

4º. Het moet worden afgeschoten den 1sten December des volgenden jaars, en wel te 11 u. 46 min. 40 sec.

5º. Het projectiel zal de maan bereiken vier dagen na het afschieten, den 4den December te middernacht, als wanneer de maan in het toppunt staat.

De leden der Gun-club moeten derhalve onverwijld de voorbereidende maatregelen nemen, teneinde op het opgegeven oogenblik gereed te zijn. Indien zij dit tijdstip laten voorbijgaan, zal de maan eerst na 18 jaren en 21 dagen op hetzelfde punt terugkeeren.

Het bestuur der Sterrenwacht voornoemd stelt zich gaarne ter uwer beschikking voor de vraagstukken, de theoretische sterrenkunde betreffende en voegt zijn gelukwenschen bij die van geheel Amerika.

den 7den October.

Namens het bestuur,

J. M. Belfast,

Directeur der Sterrenwacht.

De Reis naar de Maan in 28 dagen en 12 uren

Подняться наверх