Читать книгу Uit Oost en West: verklaring van eenige uitheemsche woorden - Pieter Johannes Veth - Страница 27
Boernoes.
ОглавлениеBoernoe of boernoes is, volgens van Dale, „Nieuw Ned. Wdbk.”: „een Arabische mantel van witte wollen stof met een kap, zooals de Mooren in Noord-Afrika dien dragen”, en voorts ook: „een soort van nieuwerwetschen vrouwenmantel van soortgelijke snede”. Hierbij verdient alleen te worden opgemerkt, dat de boernoes noch uitsluitend wit, noch uitsluitend van wol is, noch uitsluitend door de Mooren gedragen wordt. Boernoes is het Arabische bornos of boernoes, waarover wij een uitmuntend artikel vinden in Dozy's „Dictionnaire détaillé des noms des vêtements”, p. 73, waaruit blijkt, dat ook zwarte, blauwe en groene mantels van deze soort voorkomen, en dat ze ook wel van katoen en zijde worden geweven. Maar die van witte wol zijn ongetwijfeld de meest gebruikelijke. De boernoes werd ook gedragen door de Mooren in Spanje, door de ridders van Malta en door de Mamelukken in Egypte; maar Prof. Dozy maakt uit het stilzwijgen der schrijvers over het hedendaagsche Egypte op, dat hij daar niet meer in gebruik is. Hiertegen pleit echter 1o. dat volgens Lane's „Modern Egyptians”, 5th. edit., p. 311, burnooses or white woollen cloaks behooren tot de artikelen die uit het Westen van Afrika in Egypte worden ingevoerd, en 2o. dat de boernoes voor eenige jaren, in Nederland althans, vooral bekend geworden is door degenen die dit kleedingstuk, op de overlandreis uit Indië naar het Moederland, uit Egypte medebrachten. Dat evenwel boernoes een modenaam ook voor een nieuwerwetschen vrouwenmantel met kap is geworden, zal wel aan de Franschen zijn toe te schrijven, die dit kleedingstuk in Algerië leerden kennen. En vandaar dan ook dat men somtijds, naar Fransche schrijfwijze, bournous leest, b. v. bij Cremer, „Anna Rooze”, II, bl. 219: „een juffrouw met donkere, blinkende oogen en een rooden bournous.”
Dit woord, dat bij ons, door de wisselingen der mode, weder in onbruik begint te raken, is oud in de talen van zuidelijk Europa; want het komt in den met het Arabisch lidwoord vermeerderden vorm voor in het Spaansche albornoz en het Portugeesche albernoz of albenoz. Zie Engelmann en Dozy, „Glossaire”, p. 73.