Читать книгу Keltische Mythen en Legenden - T. W. Rolleston - Страница 4

Lijst van illustraties.

Оглавление

Inhoudsopgave

Koningin Maev (Titelplaat).
“Wij vreezen niemand” 6
“Wij zijn op weg naar Rome” 8
“Onmiddellijk stapte een ander over hem heen toen hij daar nederlag” 22
Vercingetorix rijdt langs het Romeinsche Kamp 24
“Moge Tara voor eeuwig verlaten zijn” 32
Praehistorische Tumulus te New Grange 38
Rijen Steenen, te Kermaris, Carnac 42
Moderne Steenaanbidding te Locronan, Bretagne 50
Ingang van den Tumulus te New Grange 56
Menschenoffers in Gallië 68
“Zij vroegen melk en koren in ruil voor hun Kinderen” 70
St. Finnen en de Heidensche Aanvoerder 82
Tuan bespiedt Nemed 84
De Twee Afgezanten 90
Corpre en Koning Bres 92
“Sawan gaf den halster der koe aan den Knaap” 94
“De Druïde dreef het naar het huis van zijn vader, Kian” 96
De Boot van Mananan 98
“Bij de feesten van het Toovervolk” 102
“Hier bij het meer werkte hij” 108
Sinend en de Put van Connla 112
De komst van de Zonen van Miled 114
Het volk van Dana luistert naar de Muziek der Zwanen 124
Ethné hoort stemmen 128
Macha meet den omtrek der Stad uit 136
“De eerste boom was een wilg” 138
Midir en Etain 146
“Op den vloer van de hut vallen zijn vogelveeren af” 150
Conary in de Netten van het Toovervolk 154
De Vloek van Macha 162
De Knaap Setanta Volgt Koning Conor 164
De Hond van Cullan 166
Cuchulain vraagt den Koning om wapenen 168
“Cathbad keek naar de sterren en hij werd zeer verontrust” 180
Koningin Maev en de Druïde 188
Cuchulain in den Strijd 190
“Slaap nu, Cuchulain, bij het graf in Lerga” 196
“Cuchulain greep Ferdia toen hij viel” 202
“Het Hoofd ging nog altijd door met roepen en vermanen” 204
Cuchulain en de Toovermaagden 206
Emer hoort van de afspraak 208
De Dood van Cuchulain 214
Forbay en Koningin Maev 224
Koning Fergus en de Dwerg 226
Finn vindt de Oude Mannen in het Bosch 236
“Finn hoorde de tonen der Tooverharp” 238
“Ik ben Saba, O Finn” 244
Oisīn en Niam 248
“Het witte paard was uit hun oogen verdwenen als een krans van nevel” 252
“Zij vonden zich plotseling verward in draden garen” 254
“Patrick verzoekt zijn schrijvers alles nauwkeurig op te schrijven” 256
“Zij joegen hem naar het strand” 262
“De Fianna richtten een steenen pilaar op, met haar naam in Ogham letters” 264
Dermot nam den Horen en vulde dien 270
Dermot en Grania 274
“De troep der Fianna verdween, en liet haar over aan haar smart” 278
“Het ware beter voor u den man te wreken, die hier verbrand is” 286
“De helft van het koren van uw land wordt hier gemalen” 292
“Den vierden dag kwam zij naar hen toe buiten de vesting” 294
Het offer van Diuran den Rijmer 304
De Boetedoening van Rhiannon 332
“Evnissyen legde zijn hand op den zak” 340
“Ik zal haar niet loslaten” 346
“Het jammeren en weeklagen werd nog luider dan te voren gehoord” 372

Keltische Mythen en Legenden

Подняться наверх