Читать книгу De Hoovenier - Rabindranath Tagore - Страница 12

X.

Оглавление

Inhoudsopgave

Laat uw arbeid staan, bruid. Luister, de gast is gekoomen.

Hoort ge? hij rammelt zachtkens aan de ketting die de deur digt houdt.

Let op dat uw enkelringen geen luid gerucht maken, en dat uw stap niet te haastig is bij het hem tegemoet gaan.

Laat uw arbeid staan, bruid, in den avond is de gast gekoomen.

Neen! het is niet de spookachtige wind, bruid, wees niet verschrikt.

Het is de volle maan in een Aprilnacht; de schaduwen zijn bleek in den binnenhof; de heemel omhoog is helder.

Trek de sluyer oover uw gelaat als het zijn moet, draag uw lamp tot de deur als ge bang zijt.

Neen, het is niet de spook-wind, bruid, wees niet bevreesd.

Spreek niet tot hem, als ge bedeesd zijt; sta terzijde van de deur bij de ontmoeting.

Als hij u vragen vraagt, en ge wenscht het, dan kunt ge uw oogen zwijgend neerslaan.

Laat uw armringen niet rinkelen, als ge hem binnenleidt, met de lamp in uw hand.

Spreek niet tot hem als ge bedeesd zijt.

Is uw arbeid nog niet gedaan, bruid? Luister, de gast is gekoomen.

Hebt ge de lamp in de koestal niet aangestooken?

Hebt ge het offermandje niet gereed voor den avond-dienst?

Hebt ge het roode geluksmerk niet geplaatst bij de scheiding van uw haar, en uw toilet gemaakt voor den nacht?

O Bruid, hoort ge ’t, de gast is gekoomen?

Laat uw arbeid staan.

De Hoovenier

Подняться наверх