Читать книгу De Hoovenier - Rabindranath Tagore - Страница 13

XI.

Оглавление

Inhoudsopgave

Kom zooals je bent; treuzel niet met je toilet.

Als je gevlochten haar losgegaan is, als je scheiding niet recht is, als de linten van je keursje niet vastgestrikt zijn, let er niet op.

Kom zooals je bent, treuzel niet met je toilet.

Kom, met vlugge stappen oover ’t gras.

Als het roode kleursel door den daauw is afgegaan van je voeten, als de ringen met belletjes van je voeten losgaan, als paerelen uit je snoer vallen, let er niet op.

Kom, met vlugge stappen oover ’t gras.

Zie je hoe de wolken den heemel omhullen?

Vluchten kraanvoogels vliegen op van de ooverkant der rivier, en plotselinge windstooten vliegen oover de heide.

Het angstige vee rent naar zijn stalling in het dorp.

Zie je de wolken die den heemel omhullen?

Te vergeefs steek je je toilet-lamp aan.—Zij flakkert en dooft uit in den wind.

Wie kan weeten dat je oogleeden niet met lamp-zwart zijn bestreeken?

Want je oogen zijn donkerder dan reegenwolken.

Te vergeefs steek je je toilet-lamp aan—ze gaat uit.

Kom zooals je bent; treuzel niet met je toilet.

Al is de krans niet gevlochten, wie geeft er om? Is de armband niet geslooten, laat haar zoo.

De heemel is met wolken ooverdekt. Het is laat.

Kom zooals je bent; treuzel niet met je toilet.

De Hoovenier

Подняться наверх