Читать книгу Laatste verzen - Gezelle Guido - Страница 19
DE ZEVENSTE STONDE:
TWEEDE VAL
ОглавлениеDe vier heilige Evangelisten:
Hij ligt, door uwe schuld, o Lucifer, gevallen,
die, nijdig opgestaan, met honderd duizendtallen
der uwen, nedervielt voor Michaëls „Wie is
Gods weêrga?” in den poel der diepe duisternis!
– Gij stondt en wildet hem, gekropen vóór uw’ voeten,
eens, in de wildernis, met ’s werelds eere groeten:
hij brak uw’ boosheid dan. Gij vluchtet. – Neêr nu ligt
in ’t stof der aarden, ja, zijn Godlijk aangezicht.
Verkondt het al die u als opperheer aanschouwen,
verkondt het, en verheugt, is ’t mooglijk, uw getrouwen:
eer ’t morgen dag is, heeft hij u, in ’t voorgeborcht,
geroofd de zielen, die gij in uw’ strikken worgt.
– Van hier! – Gaat hangen hem, en galgen, op de rotse,
en weet wie – hij of gij – zal zegepralen, – trotse!