Читать книгу Keur van Nederlandsche Synoniemen - Teunis Pluim - Страница 37
34. Loochenen—ontkennen.
ОглавлениеStaande houden, dat iets niet zoo is.
Ontkennen drukt dit zonder meer uit. Deze schrijver ontkent, dat Jan van Schaffelaar van den toren is gesprongen.—De beschuldigde ontkent, dat hij gestolen heeft.
Loochenen heeft de bijgedachte, dat men tegen beter weten in iets ontkent, dus dat men met opzet liegt. Hij loochent wel dit stuk geschreven te hebben, maar zijn schrift verraadt hem.
Hoewel hij uitdrukkelijk —, dat hij de schrijver van dit artikel is, wordt hij er toch algemeen voor gehouden.
De dief — eerst wel de waarheid van de verklaring der getuigen, maar men bracht hem spoedig door overtuigende bewijzen tot bekentenis.
Hardnekkig — hij het bestaan van een zuster, die met hem de erfenis zou moeten deelen, maar het onderzoek bewees, dat hij wel beter wist.
Ten stelligste — hij het bestaan van een zuster, die met hem de erfenis zou moeten deelen; het onderzoek bewees, dat hij werkelijk gelijk had.