Читать книгу Engelsch woordenboek: Engelsch-Nederlandsch (met uitgeschreven verkortingen) - K. ten Bruggencate - Страница 3
VOORREDE.
ОглавлениеIst, dat oyt Rechter wil een schamper oordeel vellen,
Waardoor hij allermeest kan den Misdader quellen,
Die laet hem nimmermeer in ’t naare rasphuis gaen,
Noch ook van dach tot dach aan ’t zware Berch-werk staan;
Maar leg hem op, dat hij gae Woord-Registers maken,
Dus zal hij alle soort van straffe teffens smaken.
De geschiedenis van dit boek, volgens Lessing de ware inhoud eener voorrede, is hoogst eenvoudig. Het kwam mij namelijk reeds jaren lang voor, dat wij in ons land geen, niet te groot en toch betrekkelijk volledig, woordenboek hadden, dat zoowel voor school als voor huis of kantoor een betrouwbare gids mocht worden geacht. Hier liet m. i. de inrichting, daar weder het uitspraakgedeelte der bestaande werken veel te wenschen over, terwijl verder bij andere werken het eenvoudig naschrijven der dikke boeken te zeer hoofdzaak was. En aangezien ik nu gedurende een tal van jaren al hetgeen mij in romans, tijdschriften en andere werken merkwaardigs en opvallends was voorgekomen, getrouw had verzameld, meende ik eene poging te mogen wagen, om te voorzien in eene naar mijne bescheiden meening bestaande leemte.
In zooverre een woordenboek op den naam van oorspronkelijkheid aanspraak kan maken, hoop ik dat deze dictionnaire oorspronkelijk is. Ik heb getracht het tot nu toe geproduceerde streng te schiften en zelfstandig te bewerken, en ik heb aan het voorhandene die mijner aanteekeningen, zonder vermelding der bron, toegevoegd, van welke ik meende, dat zij eene plaats in zulk een werk verdienen. Dat dit laatste eene zuiver subjectieve kwestie is, ik ben de eerste dit toe te geven. Het zou mij dan ook niet verwonderen, zoo de meeningen der kenners op dit gebied zeer uiteenloopend waren.
Bij de bewerking heb ik mij zoo trouw mogelijk gehouden aan de volgende beginselen, die ik ten grondslag meende te moeten leggen aan dezen vrij omvangrijken arbeid:
1. Alles wat men dikwijls in hedendaagsche romans en tijdschriften vindt, moet men niet te vergeefs in dit boek naslaan. Het spreekt vanzelf, dat een woordenboek nooit compleet te maken is. Telkens ontmoette ikzelf tal van uitdrukkingen, die ik niet heb opgenomen en waarschijnlijk later ook niet opnemen zal. Een woordenboek als dit doet m. i. genoeg, wanneer het eenig artikel zoodanig behandelt, dat niet opgenomen uitdrukkingen er toch duidelijk door worden, en de verschillende beteekenissen behoorlijk geïllustreerd zijn. Er is, hoop ik, naar gestreefd, om dit te bereiken.
2. Wanneer het niet noodig was, zijn niet telkens weer de vertalingen der afgeleide woorden opgenomen. Als men weet wat agreeable is, behoeft de omvang van een woordenboek niet noodeloos vergroot te worden door de vertaling van agreeableness, agreeably, agreeability, enz.; daarom zijn bijwoorden slechts zéér zelden, en woorden op ness lang niet altijd opgenomen.
3. De uitspraak is voorgesteld door eene eenvoudige phonetische transcriptie, waaromtrent de hierachter volgende sleutel en de woorden aan den voet der pagina’s voldoende ophelderingen geven. De beklemde vokaal is door vette, de half-beklemde vokaal door gewone, en de rest der transcriptie door cursieve letter aangegeven. Waar de uitspraak der afgeleide woorden niet van die van het grondwoord verschilt, is de transcriptie niet telkens herhaald; overigens zijn de klem en de halve klem bij verschil met het grondwoord in de afgeleide woorden eveneens door vette en gewone letter aangeduid.
4. Zonder éénige uitzondering zijn geheele zinnen, en niet slechts woordverbindingen opgenomen, om bepaalde uitdrukkingen te verduidelijken; daardoor is dit woordenboek tegelijk een Word- and Phrasebook geworden, zoodat men afzonderlijke werken [vi]deze laatste revisie, die uit den aard der zaak veel plaats vroeg, niet eerder worden begonnen, voordat de twee andere waren voltooid.
Im groszen und ganzen geldt thans de volgende regeling:
a. de beteekenissen van het woord, in zijn verschillende functies, achter elkaar.
b. voorbeelden.
c. samenstellingen.
d. afleidingen, indien niet eene belangrijke spellingwijziging eene afzonderlijke behandeling wenschelijk maakte.
Dat eene afzonderlijke behandeling van de samengestelde vormen de gemakkelijkheid van het opzoeken zou bevorderen meen ik te mogen betwijfelen; doch buitendien zou, als men hiertoe overging, de inhoud aanzienlijk moeten worden bekort, of het woordenboek aanmerkelijk moeten worden uitgebreid, twee dingen, die in ’t belang der gebruikers in de eerste plaats dienden vermeden te worden. Zeer zeker levert hierbij het hoogst arbitrair gebruik der hyphens eenige moeielijkheid op, en draagt, als alle lexicographisch werk, ook dit noodwendig een sterk persoonlijk karakter; doch wie tegen bezwaren of onvolmaaktheden opziet, doet het best zelfs met de herziening van een woordenboek maar liever niet te beginnen.
Dat al de afleidingen aan het eind van de artikelen werden geplaatst vindt zijn verklaring in de overweging, dat het alleen op deze wijze mogelijk werd te overzien in hoeverre wellicht bij volgende uitgaven, door een natuurlijk weer systematische vereenvoudiging, ook nog voor deze een afzonderlijke plaats zou kunnen worden ingeruimd.
Met de wenschen mijner vele correspondenten werd zooveel mogelijk rekening gehouden. Aan één verzoek evenwel, om de aanwijzingen Slang en Amer. te willen uitbreiden, heb ik zeer tot mijn spijt niet kunnen voldoen. Liefst had ik ze alle weggelaten. In de moderne literatuur wemelt het van woorden en vormen, die enkele jaren geleden streng zouden zijn veroordeeld, en talrijke zoogenaamde Americanisms zijn niets dan tijdelijk verouderde vormen, nog voortlevend in hedendaagsche dialecten, waarvan het hoogst moeielijk is met zekerheid te verklaren of ze gereïmporteerd zijn van uit Amerika, of door de schrijvers aan locale dialecten direct werden ontleend.
Mijn hernieuwden dank aan mijne trouwe medewerkster en aan den Heer J. Coster, Directeur H.B.S. te Vlissingen, die me weer zeer belangrijk en uitstekend ‘belegt’ materiaal voor beide deelen toezond. Van de gewaardeerde bijdragen van den Heer A. Broers, Leeraar H.B.S. te ’s Gravenhage, kon ik tot mijn spijt slechts voor het 2e deel gebruik maken.
Ook den Heeren J. Browne, Somerset West, Zuid-Afrika, en K. Hoeksema, Muskegon, Michigan, U.S.A., die de vriendelijkheid hadden, me uitgebreide aanteekeningen te doen toekomen, betuig ik mijn hartelijken dank voor hunne welkome belangstelling. En waar ik aan sommige wenschen of verwachtingen ook tot nu toe niet mocht hebben voldaan, veroorloof ik me den wellicht wat nerveuzen gebruiker zachtkens te herinneren aan Byron’s bekende woorden:
“A man must serve his time to every trade
Save censure—critics are all ready made.”
Steenwijk April 1913. L. VAN DER WAL. [1]