Читать книгу Oudewater en omtrek, Geologisch, Mythologisch en Geschiedkundig Geschetst - Willem Cornelis van Zijll - Страница 18

Grond- of Kienhout.

Оглавление

Dit wordt in deze streken zoo menigvuldig aangetroffen als elders misschien in geheel ons vaderland. Ieder landbouwer die slechts op eenige geringe diepte zijn grond omwoelt op onvergraafde plekken, kan zeker zijn, grondhout aan te treffen. Daarenboven, in ieder werk dat over den natuurlijken toestand van het vroegere Nederland schrijft, vindt men ook het algemeen gevoelen van een zeer woudrijken toestand bevestigd.

Bij ons vermeenen wij hiervoor nog te kunnen verwijzen naar den naam van het Schakenbosch in Hekendorp, waarover in de mythologische schets nader. Meer bepaald nu nog over het grondhout.

Nog waren er geene dijken opgeworpen en de wateren hadden nog immer vrij spel door wouden en poel, voornamelijk bij N.W. storm. Bij een of meerdere groote watervloeden nu, (onder anderen de Kimbrische vloed of die van omstreeks 860, waarvan beide geboekstaafd is, dat zij een verbazend tal van boomen ontwortelden) met storm en orkaan gepaard, zullen de meeste boomen die als „grondhout” bij ons worden aangetroffen, wel zijn ontworteld, daarna met veen overgroeid of met slibbe bedekt zijn, of wel op den bodem waarop zij lagen, gedaald, daar men tegenwoordig ook aanneemt, dat de aarde werkelijk aan daling onderworpen is of althans geweest is.

De volksmeening, dat alle boomen naar eene windstreek met de kruin liggen, kan den toets der waarheid niet doorstaan, daar men die ook anders met den top liggende heeft gevonden.

Wijders behooren deze boomen tot de gewone soorten die allen, behalve de eik, nog veelvuldig alhier groeijen. Wilgen-, maar vooral elzenhout komen dikwerf voor.

Merkwaardig is het, dat het grondhout veeltijds tot aan den beganen grond rijst. Wanneer dit op wei- of hooilanden het geval is, kan de landbouwer uit eene geele doode streep opmaken, dat aldaar een boomstam de reis naar de oppervlakte des bodems heeft aangevangen. Meergemelde geoloog spreekt ergens van dat omhoog rijzen der boomstammen: het is hetzelfde verschijnsel als datgene waarbij op een grindweg het grove grind altijd boven komt en het fijne grind naar beneden gaat. Het laatste schiet n.l. door de holten naar beneden en ligt zoo de grovere stukken op: zoo ook bij de stammen.

Oudewater en omtrek, Geologisch, Mythologisch en Geschiedkundig Geschetst

Подняться наверх