Читать книгу De Ellendigen (Deel 2 van 5) - Victor Hugo, Clara Inés Bravo Villarreal - Страница 17
Boek I.
Waterloo
Zeventiende hoofdstuk.
Moet men Waterloo goedvinden?
ОглавлениеEr bestaat een zeer achtenswaardige vrijzinnige school, die Waterloo niet haat. Wij behooren er niet toe. Voor ons is Waterloo slechts de vervalschte dagteekening der vrijheid. Dat een arend als dien wij kennen uit zulk een ei voortkomt, is stellig onverwacht.
Waterloo is, zoo men zich op het hoogste gezichtspunt der kwestie plaatst, een bedeelde anti-revolutionnaire overwinning. ’t Is Europa tegen Frankrijk, ’t is Petersburg, Berlijn en Weenen tegen Parijs, ’t is het status-quo tegen het initiatief, ’t is de 14 Juli 1789 door den 20 Maart 1815 aangevallen: ’t is de wapenkreet der monarchieën tegen het onbedwingbaar Fransch oproer. Dit groote volk te dempen, dat sinds 26 jaar vuur en vlam verspreidde, was de bedoeling. Vandaar het verbond der Brunswijkers, Nassauers, Romanoffs, Hohenzollerns, Habsburgen met de Bourbons. Waterloo draagt het „bij de gratie Gods” aan ’t hoofd. Het is waar, dat, wijl het Keizerrijk despotiek was geweest, het koningschap, tengevolge der natuurlijke terugwerking, gedwongen was liberaal te wezen, en dat een constitutioneele orde zeer tegen den zin en tot grooten spijt der overwinnaars uit Waterloo is voortgekomen. ’t Is omdat de revolutie werkelijk niet verwonnen kan worden en als een noodwendig gevolg der omstandigheden steeds weder verschijnt, vóór Waterloo, in Bonaparte als hij de oude tronen omverwerpt, na Waterloo, in Lodewijk XVIII als hij het Charter verleent en er zich aan onderwerpt. Bonaparte plaatst een postiljon op den troon van Napels en een sergeant op den troon van Zweden; hij bezigt de ongelijkheid om de gelijkheid te bewijzen; Lodewijk XVIII onderteekent te Saint-Ouen de verklaring der rechten van den mensch. Wilt ge u rekenschap geven van wat revolutie is, noem haar „vooruitgang”; wilt ge u rekenschap geven van wat vooruitgang is, noem hem „morgen.” „Morgen” verricht onweerstaanbaar zijn werk, en begint reeds heden. Op zonderlinge wijze bereikt het altijd zijn doel. Het gebruikt Wellington om van Foy, die slechts een soldaat was, een redenaar te maken. Foy valt te Hougomont en herrijst op de tribune. Zoo handelt de vooruitgang. Er zijn geen slechte werktuigen voor dezen arbeider! Onbekommerd bezigt hij voor zijn goddelijk werk den man die over de Alpen stapt, en den goeden zwakken grijsaard. Hij bedient zich van den podagrist evenzeer als van den overwinnaar; van den overwinnaar naar buiten, van den podagrist naar binnen. Waterloo heeft een einde gemaakt aan het omstorten der tronen van Europa door het zwaard, doch heeft geen ander gevolg gehad dan het werk der revolutie aan de andere zijde te doen voortzetten. De heerschappij van het zwaard was ten einde; de beurt was nu aan de denkers. De eeuw, welke Waterloo wilde tegenhouden, is er over heengegaan en heeft haar weg vervolgd. Deze treurige overwinning is door de vrijheid verworven.
Wat ten slotte en onwedersprekelijk te Waterloo zegevierde, wat achter Wellington glimlachte, wat hem al de maarschalksstaven van Europa, daarbij zoo men zegt den maarschalksstaf van Frankrijk bezorgde, wat vroolijk den grond, nog vol beenderen, tot een heuvel deed opkruien om er den leeuw op te richten, wat zegepralend op dat voetstuk den datum „18 Juni 1815” heeft geschreven, wat Blücher aanmoedigde om de vluchtelingen neer te sabelen, wat van den top van Mont-Saint-Jean zich naar Frankrijk als naar een prooi boog, was de contra-revolutie. ’t Was de tegenomwenteling, die het schandelijk woord: „Verbrokkeling” mompelde. Te Parijs gekomen, heeft zij den krater van nabij gezien, en voelde dat deze asch haar de voeten verbrandde, en zij bedacht zich. Zij vergenoegde zich met het stamelen van een charter.
Laat ons in Waterloo niets zien dan ’t geen in Waterloo is. Van vrijheid uit goeden wil, niets. De contra-revolutie was onwillekeurig liberaal, evenals door een hiermede overeenkomend verschijnsel Napoleon onwillekeurig revolutionnair was. Den 18 Juni 1815 werd de Robespierre te paard uit den zadel gelicht.