Читать книгу Eline Vere: Een Haagsche roman - Louis Couperus - Страница 34

III.

Оглавление

Inhoudsopgave

De stortregen had opgehouden, maar de wind schudde nog steeds de druppelende takken.

Het was over halfvijf, toen er opnieuw gebeld werd.

—Over halfvijf! riep Frédérique uit. Ik moet weg, ik had al lang weg moeten gaan, om strikken op mijn japon te zetten…. O, ik zal adorable zijn van avond, geheel en flot de tulle! Waar zijn mijn pakjes, Marie?

—Er is gebeld, zou daar visite zijn? vroeg Lili. Frédérique wachtte even, daar zij in de vestibule haren regenmantel moest aantrekken, en Dien kwam binnen om te vragen, of er belet was voor meneer De Woude Van Bergh.

—Ik denk van niet, Dien, vraag maar even in de serre.

—O, die onuitstaanbare jongen! riep Lili. Dat pedante être!

—Ach, hij is zoo kwaad niet, meende Paul; en volstrekt niet pedant.

—Nu maar, ik maak de deur dicht, ik wensch hem niet te zien! hervatte zij en zij wilde de porte-brisée dichtschuiven, toen Dien terugging met de boodschap, of meneer zoo goed zou willen zijn binnen te komen.

—Kom Lili, wees nu niet zoo dwaas, kom nu meê! drong Marie aan.

—Dank je, ga maar alleen; sprak zij en schoof de beide deuren dicht, juist toen De Woude in den salon binnentrad, waar hij door Marie ontvangen en in de serre geleid werd.

Paul en Frédérique lachten, en namen afscheid van Lili; zij gingen alle drie door de eetkamer naar de vestibule.

—Adieu, groet oom en tante van mij, en zeg oom dat ik bepaald naar Hovel zal gaan, morgen na den eten! zeide Paul.

—Doe ook mijn complimenten, en zeg, dat ik waarlijk weg moest! sprak Freddy.

—Goed, adieu, amuzeer je van avond, en flot de tulle! Brr, wat is het hier koud in de gang!

Paul en Freddy gingen, en Lili keerde terug door de eetkamer. Georges De Woude?…. O, hij kwam zijn digestie-visite maken voor de soirée! Neen, zij kon hem volstrekt niet uitstaan. Zoo geaffecteerd en altijd zoo stijfjes! Hoe was het mogelijk, dat Paul nog iets in hem vond; zij vond Paul duizendmaal beter en flinker. Wat kon Marie Paul de les lezen! Hij was toch een goede jongen; en dat hij wat lui was uitgevallen…. ach, hij had immers geld, en kon best nu nog wat plezier maken; later zou hij wel een betrekking zoeken, daar was zij zeker van…. Zij zou het papa zeggen; Paul had bepaald gezegd morgen naar Hovel te zullen gaan, en hij hield altijd woord.

Zij zette zich opnieuw in den ouden fauteuil en pookte het vuur op, en wierp er kolen en turven in en een enkel blok hout. Zij verwarmde even haar koud geworden vingers, en wreef zich de handjes, koel als wit satijn. Door de gesloten deur hoorde zij het geruisch der stemmen in de serre; meestal onderscheidde zij de fijne stem van Georges…. hij scheen heele verhalen te doen! Zij moest toch eens even zien…. en zij stond op en schoof een der deuren een weinig en voorzichtig ter zijde. Zoo kon ze juist in de serre turen, langs de breede bladen der palmen; papa en mama zag zij niet, maar zij zag Marie juist in het gelaat en Georges op den rug…. Hoe grappig, als Marie haar nu juist in het oog kreeg, maar zij scheen een en al aandacht te zijn voor de historietjes van dat fatje. Lili kon net zijn glanzend boordje bewonderen en de pandjes van zijn jas…. keurig! Daar…. daar, daar keek Marie op…. nu bespeurde die haar juist door de breede reet heen; adieu, bonjour, zij wuifde met haar hand Marie toe, zij boog, zij trok gezichten en Marie werkte zenuwachtig met haar wenkbrauwen en haar lippen, om het niet uit te proesten van het lachen!

Eline Vere: Een Haagsche roman

Подняться наверх